Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Msd-Aansluitklemmen; Specificaties Voor Aansluitklemmen En Draad - Cattron SAFE-E-STOP Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Safe-E-Stop™
Gebruikershandleiding
8.8.4 MSD-aansluitingen
Wij adviseren u om voordat u het systeem installeert een elektrisch bedradingsschema op te stellen
waarin alle elektrische interfaceverbindingen tussen het systeem en de bediende apparatuur worden
vastgelegd.
Cattron raadt u tevens aan eerst de volgende discussiepunten door te nemen; u dient de meegeleverde
voorbeeld-hoofdlijntekening op te zoeken en te raadplegen.
Overschrijd de nominale waarde van het relais niet, zie Bijlage V. Bij aansluiting op magneetschakelaars
moeten deze relaiscontacten worden beschermd door middel van degelijke tijdelijke
beveiligingsapparaten om de levensduur van de contacten te maximaliseren.
Er moet een overbelastingsbeveiliging <= 8 A voor de relais en 1 A voor de voeding aanwezig zijn,
alsmede middelen om de MSD indien nodig van de voeding te isoleren. De voedingsspanning is 24 V DC
nominaal (9-36 V DC), de maximale stroom is 1 A, de nominale stroom bij 24 V is 250 mA. De MSD is
uitgerust met een beschermende zekering naast de DC-ingang (Cattron onderdeelnummer PRT-
0001852) met een nominale waarde van 1 A. Een optionele breedbandvoeding (85-264 V AC 47-63 Hz 1
A) is verkrijgbaar bij Cattron.
Ook moet worden gezorgd voor een overbelastings- en isolatievoorziening met een geschikte nominale
waarde wanneer de externe voeding wordt gebruikt; deze moet ook een overbelastingsbeveiliging van 1
A hebben.
De veiligheidsingangen hebben een nominale waarde van 24 V DC +- 4 V DC, omnidirectioneel (niet
gepolariseerd).

8.8.5 MSD-aansluitklemmen

De MSD is voorzien van veerklemmen om te garanderen dat de verbindingen steeds betrouwbaar zijn.
Deze aansluitklemmen vereisen het gebruik van een schroevendraaier maat 3 om de klem te openen en
los te maken (LET OP, druk niet te hard op de ontgrendelklem, anders kan de aansluitklem beschadigd
raken); de klemringen worden er gewoon ingeduwd om ze in te brengen.
Het gebruik van klemringen is noodzakelijk om kortsluiting van de draadstrengen op aangrenzende
klemmen te voorkomen en het invoeren in de veerklemmen te vergemakkelijken.

8.8.5.1 Specificaties voor aansluitklemmen en draad

NB: Draaddiameters kleiner dan 0,459 mm
moet zijn goedgekeurd voor meer dan 80 °C, voor naleving van de elektrische veiligheidscertificering.
*Voor spanningen van meer dan 24 V DC wordt een draaddikte van minimaal 18 AWG (0,82 mm
aanbevolen, maar in alle gevallen moet de bedrading de juiste nominale waarde hebben voor de
beoogde dienst,
Draaddikte: https://en.wikipedia.org/wiki/American_wire_gauge
Isolatie: http://iq.ul.com/awm/stylepage.aspx?style=1015
Tabel 15: Maximale draadcapaciteit aansluitklemmen
INGANGEN EN
UITGANGEN
Afmetingen
0,459* tot 1,5
2
mm
Afmetingen
24* tot 16
AWG
9M02-8978-A002-NL
2
, 24 AWG zijn niet toegestaan en de temperatuurbeoordeling
VOEDING
TEMPERATUURBEOORDELING
IN
>80 °C (176 °F)
0,459* tot 2,5
>80 °C (176 °F)
24* tot 12
46
2
)
GEBRUIK VAN
KLEMRINGEN
Vereist
Vereist

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave