1.2
Wateraansluitingen
Voorzorgsmaat
Breng isolatie om de leidingen aan om warmteverlies tot een minimum te beperken.
regelen
Installeer wateraftapkranen tussen de binnenunit en het verwarmingscircuit.
Als de radiatoren rechtstreeks zijn aangesloten op het verwarmingscircuit, zorg er dan voor dat de instal
latie voldoende inhoud over heeft voor warm water. Installeer bijvoorbeeld een differentiële klep en een
buffervat tussen de binnenunit en het verwarmingscircuit.
Zorg ervoor dat het verwarmingswater voldoet aan de specificaties beschreven in het hoofdstuk "Behan
deling van verwarmingswater".
Houd de minimale en maximale waterdruk en temperatuur (70 °C ) aan om er zeker van te zijn dat het
apparaat naar behoren werkt. Zie de sectie Technische specificaties.
De hydraulische installatie moet onder alle omstandigheden in staat zijn om een minimaal debiet te ver
zekeren.
1.3
Veiligheid tapwater
Algemeen
Verwarmingswater en sanitair water mogen nooit met elkaar in contact komen. Sanitair water mag niet in
de warmtewisselaar circuleren.
Om het risico van brandwonden te verminderen is er al een apparaat geïnstalleerd op de uitlaat voor sa
nitair warm water dat de temperatuur van warm water begrenst.
Maximumtemperatuur bij het tappunt: de maximale temperatuur van sanitair warm water bij het tappunt
is onderworpen aan speciale voorschriften in de verschillende landen waar dit toestel wordt verkocht om
de consument te beschermen. Bij installatie van het toestel moeten deze speciale voorschriften worden
opgevolgd.
Overeenkomstig de veiligheidsvoorschriften is er al een op 0,7 MPa (7 bar) geijkte overstortklep op de
sanitair-koudwateringang van de boiler gemonteerd.
Een sanitair expansievat (niet meegeleverd) van geschikte grootte kan worden aangesloten tussen de
sanitair-koudwaterinvoer en de inlaatcombinatie en voorkomt dat de sanitair-overstortklep wordt geacti
veerd. Er moet geen afsluiter tussen deze twee componenten zitten.
Zie de sectie Onderhoud om het sanitair-warmwatercircuit af te tappen.
Voorzorgsmaat
Een drukregelaar (niet meegeleverd) is vereist wanneer de aanvoerdruk hoger is dan 80% van de kali
regelen
bratie van de drukbegrenzer en deze zich moet stroomopwaarts van het apparaat bevinden.
Er mag zich geen enkele vorm van afsluiter bevinden tussen de drukbegrenzer en de sanitair-warmwa
terboiler.
7790555 - v04 - 07022022
Opgelet
De drukbegrenzer (overstortklep of inlaatcombinatie) moet regelmatig worden be
diend om kalkaanslag te verwijderen en ervoor te zorgen dat het apparaat niet
wordt geblokkeerd.
De afvoer van de drukbegrenzer moet aangesloten zijn op de afvoer die naar het
rioolsysteem leidt.
De hydraulische installatie moet in staat zijn om een minimaal debiet te garande
ren.
Omdat er water uit de afvoerbuis op de drukbegrenzer kan stromen, moet deze
pijp open blijven naar de lucht, in een vorstvrije omgeving, en met een continu da
lend verval.
Zie ook
Aansluitingen, pagina 41
1 Veiligheidsinstructies en aanbevelingen
MIC V190 R32
9