Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

4 Toepassing

• Wanneer de installatie wordt gebruikt voor fecaliënhoudend afvalwater dienen de gel-
• Nooit vaste stoffen, vezelstoffen, teer, zand, cement, as, grof papier, papieren hand-
• Ongeoorloofde gebruikswijzen en overbelasting kunnen leiden tot materiële schade
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-DrainLift WS 40-50
De afvalwateropvoerinstallatie DrainLift WS 40-50 voldoet aan EN 12050 en is een auto-
matisch werkende afvalwateropvoerinstallatie voor het verzamelen en pompen van afval-
water met en zonder fecaliën voor een terugstuwveilige drainage uit afvoerpunten in
gebouwen en percelen onder het rioolniveau.
De installatie kan zowel in het gebouw als buiten het gebouw als schachtpompstation
onder de grond worden geïnstalleerd en gebruikt.
Er mogen afvalwater zonder fecaliën (grijs water) of regenwater en bij enkele pomptypen
ook huishoudelijk fecaliënhoudend afvalwater volgens EN 12056-1 worden toegevoerd.
De in de tabellen onder 5.4.1 en 5.4.2 de als zodanig gekenmerkte installatietypen voldoen
aan EN 12050-1 en zijn daarmee geschikt voor het pompen van afvalwater met fecaliën.
Er mogen geen explosieve en schadelijke stoffen worden toegevoerd, zoals vaste stoffen,
puin, as, afval, glas, zand, gips, cement, kalk, specie, vezelstoffen, textiel, papieren hand-
doeken, luiers, karton, grof papier, kunsthars, teer, keukenafval, vetten, olie, slachtafval,
kadavers, afval van dieren (gier..), giftige, agressieve en corrosieve stoffen als zware meta-
len, biocide, pesticiden, zuren, logen, zouten, reinigings-, ontsmettings-, afwas- en was-
middelen in grote dosissen en stoffen met relatief veel schuimvorming, zwembadwater.
Wanneer er vethoudend afvalwater moet worden toegevoerd, moet er een vetafscheider
worden aangebracht.
Volgens EN 12056-1 mag er geen afvalwater uit drainagevoorwerpen worden toegevoerd,
die boven het rioolniveau liggen en in vrij verval kunnen worden ontwaterd.
AANWIJZING:Bij de installatie en het gebruik dienen beslist de nationaal en regionaal gel-
dende normen en voorschriften in acht te worden genomen.
Ook de aanwijzingen in de inbouw- en bedieningsvoorschriften dienen in acht te worden
genomen.
GEVAAR! Explosiegevaar!
Fecaliënhoudend afvalwater in verzamelreservoirs kunnen tot gasophopingen leiden,
die door ondeskundige installatie en bediening kunnen ontsteken.
dende explosie-voorschriften in acht te worden genomen.
WAARSCHUWING! Gevaar voor de gezondheid!
Door de gebruikte materialen is de afvalwateropvoerinstallatie niet geschikt voor het
pompen van tapwater! Bij contact met afvalwater bestaat er gevaar voor de gezond-
heid.
VOORZICHTIG! Gevaar voor materiële schade!
Het invoeren van niet-toegestane stoffen kan tot materiële schade aan het product
leiden.
doeken, karton, puin, afval, slachtafval, vetten of olie invoeren!
Wanneer er vethoudend afvalwater moet worden toegevoerd, moet er een vetafschei-
der worden aangebracht.
aan het product.
Het maximaal mogelijke toevoervolume moet altijd kleiner zijn dan het debiet van een
pomp op het betreffende bedrijfspunt.
Toepassingsbegrenzingen
De installatie is niet ontworpen voor continu bedrijf!
Het aangegeven maximale debiet geldt voor het intermitterende bedrijf (S3 – 15 %).
WAARSCHUWING! Gevaar voor verbranding!
Afhankelijk van de bedrijfstoestand van de installatie kan de volledige pomp zeer heet
worden. Er bestaat gevaar voor verbranding wanneer de pomp wordt aangeraakt.
WAARSCHUWING! Gevaar door overdruk!
Wanneer de laagste toevoerhoogte meer dan 5 m bedraagt, leidt dit bij een uitval van
de installatie tot een overdruk in het reservoir. Daardoor bestaat het gevaar dat het
reservoir breekt.
De toevoer moet bij een storing meteen worden geblokkeerd!
Een correcte toepassing betekent ook dat u zich aan deze instructies houdt.
Elk ander gebruik geldt als niet correct.
Nederlands
5

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave