Montage
5.5.1 Draaddiameter en adereindhulzen
Zonder adereindhuls
Adereindhuls zonder iso‐
latie
Adereindhuls met isolatie 0,20 mm
5.5.2 Klemmen aansluiten
Afb. 11: Kabels strippen
5.5.3 Installeren (elektrisch)
24
Minimale diameter
0,25 mm
2
0,20 mm
2
2
Op de modules zijn bij de klemmen labels aangebracht met aan‐
sluitgegevens.
1.
Strip de kabeleinden als in Afb. 11 en pers de passende
adereindhulzen op de aders.
2.
Om de kabels te installeren, steekt u de meegeleverde
schroevendraaier geheel in de vierkante opening van de
betreffende klem om het adereinde in het klemmenblok te
steken.
3.
Sluit de kabels aan volgens het elektrische aansluitschema.
4.
Controleer de bekabeling aan de hand van het elektrische
aansluitschema.
A0508
Maximale diameter
1,5 mm
2
1,0 mm
2
1,0 mm
2
WAARSCHUWING!
Uitvallen van de circulatiepompen
Bij uitval van de circulatiepomp, moet de regeling
voor het betreffende zwembadbassin worden
gestopt. Alleen het gebruiken van het meetwater‐
grenscontact van de bypassarmatuur is niet vol‐
doende. Neem geschikte aanvullende maatre‐
gelen.
Geschikt voor de activering van de maatregelen
zijn:
–
het potentiaalvrije contact van de filterregeling,
–
het potentiaalvrije contact van de motorbeveili‐
gingsschakelaar van de circulatiepomp,
–
een debietbewaking in de circulatieleiding.
Afstriplengte
8 - 9 mm
10 - 11 mm