4. Geef de berichttekst in.
Druk op <Opties> om de volgende opties weer te
geven:
•
Invoermethode: hiermee wijzigt u de
tekstinvoerstand.
•
T9-taal: hiermee kunt u de taal wijzigen die
wordt gebruikt in de T9-invoerstand.
•
Invoegen: hiermee voegt u een
standaardbericht, vermelding uit de
telefoonlijst of het URL-adres van een favoriet
in de tekst in.
5. Wanneer u klaar bent, drukt u op [Midden].
6. Ga naar de regel Bestand(en) toevoegen.
7. Druk op <Opties> en selecteer Bestand(en)
toevoegen.
8. Voeg een vermelding in de telefoonlijst als
visitekaartje, of agendagegevens als bijlage in
gegevensindeling toe, of voeg een
documentbestand toe dat is opgeslagen in de map
Andere bestanden.
9. Druk op <Opties> om de volgende opties weer te
geven voor het bewerken van een bericht:
•
Voorbeeld: hiermee kunt u het bericht
bekijken zoals het wordt weergegeven op de
telefoon van de ontvanger.
•
Stijl wijzigen: hiermee kunt u de paginaduur
instellen en de fontkleur en -stijl wijzigen voor
de geselecteerde pagina of voor alle pagina's.
•
Tekst bovenaan/Afbeelding bovenaan: hier
kunt u kiezen of op het berichtscherm van de
ontvanger de tekst of een afbeelding aan het
begin van het bericht wordt weergegeven.
•
Tekst wijzigen: hier kunt u de tekst van het
bericht wijzigen.
•
Afbeelding wijzigen/Geluid wijzigen:
hiermee vervangt u een toegevoegd item.
•
Tekst verwijderen/Afbeelding
verwijderen/Geluid verwijderen: hiermee
verwijdert u een toegevoegd item.
•
Pagina toevoegen: hiermee kunt u pagina's
toevoegen. Blader naar een pagina door op
[Links] of [Rechts] te drukken.
57