Het bovenste lampje
1. Draai het afdekglas van de lamp naar rechts en
verwijder het.
2. Reinig het afdekglas.
PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
WAT MOET U DOEN ALS...
Probleem
U kunt de oven niet inschake-
len of bedienen.
De oven wordt niet warm.
De oven wordt niet warm.
De oven wordt niet warm.
De oven wordt niet warm.
De oven wordt niet warm.
De oven wordt niet warm.
Het lampje brandt niet.
De bereiding van de gerechten
duurt te lang of de gerechten
worden te snel gaar.
Stoom en condens slaan neer
op de gerechten en in de
ovenruimte.
Het display toont een foutcode
die niet in deze tabel staat.
3. Vervang de lamp door een geschikte 300°C
hittebestendige lamp.
4. Plaats het afdekglas terug.
Mogelijke oorzaak
De oven is niet aangesloten op
een stopcontact of is niet goed
geïnstalleerd.
De oven is uitgeschakeld.
De klok is niet ingesteld.
De benodigde kookstanden
zijn niet ingesteld.
De automatische uitschakeling
is actief.
Het kinderslot is geactiveerd.
De zekering is doorgeslagen.
Het lampje is stuk.
De temperatuur is te laag of te
hoog.
Het gerecht heeft te lang in de
oven gestaan.
Er is een elektrische fout.
oplossing
Controleer of de oven goed is
aangesloten op het stopcon-
tact (zie het aansluitdiagram in-
dien beschikbaar).
Schakel de oven in.
Stel de klok in.
Zorg ervoor dat de instellingen
correct zijn.
Raadpleeg 'Automatisch uit-
schakelen'.
Raadpleeg 'Het kinderslot ge-
bruiken'.
Controleer of de zekering de
oorzaak van de storing is. Als
de zekeringen keer op keer
doorslaan, neemt u contact op
met een erkende installateur.
Vervang het lampje.
Pas indien nodig de tempera-
tuur aan. Volg het advies in de
handleiding op.
Laat gerechten na het berei-
den niet langer dan 15 - 20
minuten in de oven staan.
•
Schakel de oven uit via de
huiszekering of de veilig-
heidsschakelaar in de zeke-
ringkast en schakel deze
weer in.
•
Neem contact op met de
klantenservice wanneer de
foutcode opnieuw wordt
weergegeven.
37