Voorwaarden voor de installatie
OPMERKING
Schade aan het cv-toestel door verontreinigde verbrandingslucht of
verontreinigde lucht in de omgeving van het cv-toestel!
▶ Gebruik het cv-toestel nooit in een stoffige of chemisch agressieve
omgeving. Dat kan bijvoorbeeld bij spuiterijen, kapsalons en land-
bouwbedrijven die mest gebruiken het geval zijn.
▶ Gebruik cv-toestellen nooit op plaatsen waar met trichlooretheen of
halogeenwaterstoffen en met andere agressieve chemische midde-
len wordt gewerkt of waar deze stoffen worden opgeslagen. Deze
stoffen zijn bijvoorbeeld aanwezig in spuitbussen, lijmstoffen, oplos-
middelen of schoonmaakmiddelen.
▶ Kies of creëer een geschikte opstellingsruimte.
OPMERKING
Het cv-toestel mag tot een maximale opstelhoogte van 1200 m bo-
ven NAP worden gebruikt!
▶ Tabel 15.2 (technische gegevens), pagina 52.
OPMERKING
Het cv-toestel mag met verbrandingslucht tot een bepaalde maxi-
male temperatuur worden gebruikt!
De maximale temperatuur van de verbrandingslucht mag niet hoger zijn
dan 35 °C.
▶ Tabel 15.2 (technische gegevens), pagina 52.
5.2
Voorwaarden
Bij een cv-systeem met natuurlijke circulatie
Indien het cv-toestel wordt toegepast in een cv-installatie met natuurlij-
ke watercirculatie of open systeem (het cv-water staat daarbij in verbin-
ding met de buitenlucht):
▶ Monteer een scheiding (bijvoorbeeld platenwisselaar) tussen het
cv-toestel en de cv-installatie.
Bij een cv-systeem met kunststofleidingen
Indien in de cv-installatie kunststofleidingen worden toegepast, bijvoor-
beeld bij vloerverwarming:
▶ Pas kunststofleiding toe die zuurstofdiffusiedicht is volgens
DIN 4726/4729
-of-
▶ Monteer een scheiding (bijvoorbeeld platenwisselaar) tussen het
cv-toestel en de cv-installatie.
Bij gebruik van een kamerthermostaat/ruimteregeling
▶ Pas in de referentieruimte geen thermostatische radiatorkranen toe.
Oppervlaktetemperatuur
De maximale oppervlaktetemperatuur van het toestel is lager dan 85 °C.
Daarom zijn geen speciale veiligheidsmaatregelen voor brandbare mate-
rialen en inbouwmeubelen nodig. Houd de nationale bepalingen aan.
5.3
Waterkwaliteit
Ongeschikt of vervuild cv- en leidingwater kan leiden tot storingen in het
cv-toestel en beschadiging van de warmtewisselaar of de warmwater-
voorziening door o.a. slibvorming, corrosie of verkalking. Neem voor
aanvullende informatie over waterkwaliteit contact op met de fabrikant.
Zie voor contactgegevens de achterzijde van dit document.
▶ Bepaal aan de hand van het meegeleverde "logboek waterkwaliteit"
de waterhoeveelheid V
:
max
Indien de hoeveelheid vul- en bijvulwater groter is dan de berekende wa-
terhoeveelheid V
:
max
12
▶ Pas waterbehandeling toe volgens het watertreatment alu"logboek
waterkwaliteit".
Indien de hoeveelheid vul- en bijvulwater kleiner is dan de berekende
waterhoeveelheid V
:
max
▶ Spoel en reinig de cv-installatie indien nodig.
▶ Gebruik uitsluitend niet behandeld drinkwater.
▶ Gebruik geen chemische toevoegmiddelen (bijv. inhibitoren of pH-
verhogende en verlagende middelen) anders dan in § 5.3.1 is aange-
geven.
5.3.1
Waterbehandeling en waterzuivering
OPMERKING
Toestelschade door afdichtingsmiddel in het cv-water.
▶ Het toevoegen van een afdichtingsmiddel aan het cv-water is niet
toegestaan.
Behandeld water is water, dat is onthard of ontzilt en waaraan geen che-
micaliën zijn toegevoegd. Gezuiverd water is niet behandeld of behan-
deld water waaraan chemicaliën zijn toegevoegd.
De volgende chemische toevoegmiddelen zijn door Bosch vrijgeven voor
gebruik:
Toepassing
Productnaam
Ontzilting
Demineralisatie/ontzil-
ting met mengbedpatro-
nen
Inhibitor/Antivries
Fernox Alphi 11
Antivries
Noburst AL
Tabel 6 Toevoegmiddelen
▶ Neem voor informatie over concentraties en toepassingen contact op
met de leverancier van het toevoegmiddel.
Wordt de waterdruk met glycolen lager dan 1,0 bar, zal het maximale
vermogen van het toestel geleidelijk worden beperkt tot 80% bij 0,5 bar.
5.4
Maximale cv-watertemperatuur
OPMERKING
Toestelschade door cv-water met een te hoog chloridegehalte.
Indien chloridegehalte in het cv-water meer dan 150 ppm bedraagt, kan
bij een cv-watertemperatuur hoger dan 80 °C schade ontstaan aan het
cv-toestel. Indien de maximale cv-watertemperatuur boven de 80 °C
wordt ingesteld, zal waterbehandeling moeten worden toegepast om
het chloridegehalte te verlagen.
▶ Pas waterbehandeling toe volgens het meegeleverde "handboek wa-
terkwaliteit" bij een chloridegehalte hoger dan 150 ppm.
Standaard wordt het cv-toestel uitgeleverd met een ingestelde maximale
cv-watertemperatuur van 80 °C. Deze maximale cv-watertemperatuur is
onder standaardcondities voldoende om aan de warmtevraag te voldoen
en daarbij de duurzaamheid van het cv-toestel te waarborgen.
Specifieke installaties kunnen echter om een hogere maximale cv-water-
temperatuur vragen. In die gevallen zal het chloridegehalte van het cv-
water moeten worden gecontroleerd en zo nodig worden verlaagd.
▶ Meet het chloridegehalte van het cv-water.
Condens 7000 WP – 6721841192 (2024/06)
Max. concentratie
[%]
Conform het mee-
geleverde "Hand-
boek voor
waterkwaliteit"
40
40