1.4.1
Brandstof
1 BRANDSTOFTANK
Een dieseltank moet worden gemaakt van geschikt
materiaal zoals, RVS, staal of speciale kunststof.
Stalen tanks mogen beslist niet van binnen worden
gegalvaniseerd of geschilderd. De tank dient voorzien
te zijn van een beluchting en een voorziening om
(condens)water af te voeren. De aanvoerleiding moet
de diesel vanonder uit de tank halen, terwijl de retour-
leiding boven aan de tank moet worden aangesloten.
Voor verschillende toepassingen geldt het voorschrift
dat ook de aanvoerleiding via de bovenkant de tank
moet binnengaan. Er moet een brandstofkraan aan-
wezig zijn om de toevoer af te sluiten. Voorkomen
moet worden dat luchtbellen de brandstoftoevoer
kunnen blokkeren. In geen geval moet de retourleiding
op de aanvoerleiding worden aangesloten.
Afb. 2.
1 Retour;
2 Aanvoer;
3 Voorfilter/ waterscheider (optie);
5 Brandstoftank;
NL / WHISPER 8 / 10 / 12 / 16 ULTRA / September 2004
2 BRANDSTOFOPVOERPOMP
De motor is voorzien van een brandstofopvoerpomp
die de brandstof 1 m. omhoog kan pompen, zodat de
brandstoftank lager dan de generatorset kan worden
gemonteerd. De Whisper 12 heeft een elektrische
opvoerpomp die begint te pompen zodra men de
'Glow' knop heeft ingedrukt. de Whisper 16 heeft een
mechanische opvoerpomp. Wanneer de motor nieuw
is aangesloten of de brandstoftank is leeggedraaid
dient men met het handpompje het systeem vol te
pompen.
Indien een opvoerhoogte van meer dan 1 m. nodig is
kan een extra opvoerpomp worden gemonteerd. Op
de bedieningsprintplaat bevinden zich aansluitingen
voor een extra pomp.
3 BRANDSTOFLEIDINGEN
Als de brandstoftank zich boven de generatorset be-
vindt adviseren wij om de retourleiding boven in de
tank te laten uitkomen (A), zodat in geval van een
lekkage de tank niet via de retourleiding kan leeglo-
pen. Uiteraard blijft een afsluiter in de aanvoerleiding
nodig (zie afbeelding 2).
INSTALLATIE
5