10
AAN DE SLAG
NE
Bij het weergeven van videobeelden
A
Indicator camerastand (
B
Indicator Afspelen afspeellijst (verschijnt wanneer een
speellijst wordt afgespeeld. Raadpleeg de uitgebreide
bedieningshandleiding.
C
Afbeeldingskwaliteit: [U] (ultrafijn), [F] (fijn), [N]
(normaal), [E] (zuinig) (
D
Stand Afspelen (
blz. 21)
U : Afspelen
9 : Pauze
: Snel zoeken vooruit
5
: Snel zoeken terug
3
9U : Slow-Motion vooruit
Y9 : Slow-Motion terug
(Het getal links laat de snelheid zien.)
E
Teller (
blz. 27)
F
Indicator volumeniveau
G
Indicator batterijconditie
H
Indicator geselecteerd medium (
I
Indicator geselecteerde effectstand (
J
Indicator Wipe/Fader-effect (
Bij het afspelen van stilstaande beelden
blz. 19)
blz. 32)
blz. 28)
blz. 17, 27)
blz. 31)
blz. 29)
A
Indicator camerastand (
B
Nummer map/bestand
C
U : Diavoorstelling (
D
Indicator batterijconditie
E
Datum/Tijd (
blz. 27)
F
Indicator geselecteerd medium (
Bij afspelen stemgeluid
A
Afspeelsnelheid:
(langzaam) (
blz. 30)
B
Indicator geselecteerd medium (
C
Geluidskwaliteit: 48 (fijn), 16 (standaard), 8 (zuinig)
(
blz. 30)
D
Teller
E
Indicator batterijconditie
F
Datum/Tijd (
blz. 27)
G
Indicator volumeniveau
H
Stand afspelen (
blz. 24)
U : Afspelen
: Snel zoeken vooruit
5
: Snel zoeken terug
3
9 : Pauze
8 : Stoppen
I
Indicator opnameniveau
J
Nummer map/bestand
blz. 19)
blz. 23)
blz. 17, 27)
(normaal),
(snel),
blz. 17, 27)