7.6.3 Schermrotatie
7.6.4 Helderheid aanpassen
7.6.5 Slaapinstelling
(3-23)
(3-24)
(3-25)
Druk op "Schermrotatie" in het
systeemparameterscherm (figuur 3-20)
om het scherm voor het selecteren
van schermrotatie te openen (figuur
3-23). Wijzig de instellingen en draai
het scherm 180°, daarna wordt de
tekstrichting automatisch aangepast.
De teststrip wordt standaard in het
onderste gedeelte ingebracht. Klik
op "
" om terug te keren naar het
vorige scherm en klik op "
terug te keren naar het hoofdmenu.
Klik op "Helderheid" in het
systeemparameterscherm (figuur
3-20) om het scherm voor
helderheidaanpassing te openen
(figuur 3-24). Het aanpassingsbereik
ligt tussen 1 en 10. Klik op "
terug te keren naar het vorige scherm
en klik op "
" om terug te keren
naar het hoofdmenu.
Klik op "Automatische slaapstand" in het
systeemparameterscherm (figuur 3-20)
om het scherm voor slaapinstelling te
openen (figuur 3-25). De automatische
slaapstand is uitgeschakeld wanneer
de knop grijs is. De automatische
slaapstand is ingeschakeld wanneer de
knop blauw is en de gebruiker kan de
stilstandtijdwaarde instellen voordat het
instrument automatisch in de slaapstand
komt. Plaats de teststrip of schakel
het instrument weer in om het uit de
slaapstand te halen.
23
NL
" om
" om