Ga als volgt te werk voor het meten van wisselspanningen "AC" (V~):
1. Schakel de DMM in zoals beschreven in de paragraaf "Meten van gelijkspanningen" en kies het
meetbereik "V".
2. Sluit nu de beide meetsnoeren aan op het te meten object (generator, schakelaar enzovoort).
3. De gemeten waarde wordt weergegeven op het uitleesvenster. De meeteenheid is V.
4. Verwijder na het meten de meetsnoeren van het meetobject en schakel de DMM uit. Zet de
draaiknop (5) in de stand "OFF" (uit).
Automatische bereikfunctie
De automatische bereikfunctie wordt standaard ingesteld. Een geschikt meetbereik wordt automatisch
gekozen en de bijbehorende eenheid wordt op het uitleesvenster aangegeven.
• Voor het uitschakelen van de automatische bereikfunctie en het kiezen van het gewenste
meetbereik kan op de knop SELECT (1) worden gedrukt. Op elke druk van de knop zal het
meetbereik veranderen, dus stop op het gewenste bereik.
• Druk op de knop SELECT (1) en houd deze ingedrukt om terug te gaan naar de automatische
bereikfunctie.
b) Stroommeting "A
De spanning op het meetcircuit mag niet hoger zijn dan 250 V.
Metingen van >5 A mogen uitsluitend voor hooguit 10 seconden worden gedaan,
steeds gevolgd door een pauze van 15 minuten.
Alle stroommeetbereiken zijn voorzien van zekeringen en daardoor beveiligd tegen
overbelasting.
Ga als volgt te werk voor het meten van de gelijkstromen "A, mA, µA"
Steek het rode meetsnoer in de 10 A max-bus (10) als de hoogte van de stroom niet bekend is.
1. Schakel de DMM in en kies meetbereik "A, mA, µA
mogelijk de meting op het hoogst mogelijke bereik, want als de stroom te hoog is zal de zekering
doorbranden.
2. Steek het rode meetsnoer in de 10 A max-bus (10) (bij stromen >400 mA) of in de mAµA-bus (8)
(bij stromen <400 mA). Steek het zwarte meetsnoer in de COM-bus.
3. Sluit nu de beide meetsnoeren in serie aan met het te meten object (batterij, circuit enzovoort); het
uitleesvenster geeft de polariteit van de gemeten waarde samen met de actuele meetwaarde aan.
De eenheid van de meting is µA, mA of A (afhankelijk van het gekozen meetbereik).
"
" met de draaiknop (5). Start indien
73