Projecteren
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u de eenheid moet bedienen om het beeld van de op de
eenheid aangesloten apparatuur te bekijken. Ook wordt uitgelegd hoe u de kwaliteit van het
beeld naar uw eigen smaak kunt aanpassen.
Het beeld
projecteren
1
Schakel zowel het apparaat als de op
het apparaat aangesloten apparatuur
in.
2
Druk op INPUT om het ingangspalet
op het scherm weer te geven.
3
Selecteer de apparatuur waarvan u
beelden wilt weergeven.
Druk herhaaldelijk op INPUT of druk op
(enter) om de apparatuur te
M/m/
selecteren waarvan u beelden wilt
projecteren.
Bijvoorbeeld: Om de beelden te bekijken
van de video-apparatuur die aangesloten
is op de HDMI 1-aansluiting.
Het beeld bekijken van
Apparatuur aangesloten op
de HDMI 1-aansluiting
Apparatuur aangesloten op
de HDMI 2-aansluiting
Tip
Wanneer "Status" is ingesteld op "Off" in het
Setup
-menu, zal het ingangspalet niet
worden weergegeven. Druk op de INPUT-toets
om te schakelen tussen de achtereenvolgende
ingangen.
1
2
De stroom wordt volledig uitgeschakeld en u
kunt het netsnoer uit het stopcontact halen.
Haal nooit het netsnoer uit het stopcontact
wanneer het indicatielampje knippert.
U kunt het apparaat uitschakelen door de ?/1
(ON/STANDBY)-toets ongeveer 1 seconde
ingedrukt te houden, in plaats van de
bovenstaande stappen uit te voeren.
Druk op INPUT
voor weergave
HDMI 1
HDMI 2
15
De stroom uitschakelen
Druk op de ?/1 (ON/STANDBY) -
toets.
Het bericht "POWER OFF?" verschijnt
op het scherm.
Druk opnieuw op de ?/1 (ON/
STANDBY)-toets voordat het bericht
verdwijnt.
Het ON/STANDBY-indicatielampje
knippert groen en de ventilator blijft
draaien om het apparaat af te koelen.
De ventilator stopt en het ON/
STANDBY-indicatielampje zal
ophouden met op groen te knipperen en
zal op rood gaan branden.
Opmerking