Draadloze besturing programmeren
Voorzichtig
Controleer vóór het programmeren van de draadloze bestu-
ring of de drempelwaarderegelaars op de fabrieksinstelling
staan. Let erop dat u zich bij het programmeren van de
draadloze besturing niet in het bewegingsgebied van de zon-
wering bevindt.
1) Masterzender programmeren
a) Ontvanger in de programmeermodus zetten
Met de masterzender wordt de eerste in een ontvanger ge-
programmeerde zender bedoeld. In tegenstelling tot andere
erbij geprogrammeerde zenders is het met de masterzender
o.a. mogelijk de eindposities in te stellen (bij buismotoren
met geïntegreerde draadloze ontvanger) en andere zenders
bij te programmeren of te wissen. Masterzenders kunnen al-
le zenders zijn die een aparte OP-, STOP-, NEER-toets en
een programmeertoets hebben.
Neem goed nota van de montage- en gebruiksaanwijzing van
de ontvanger.
Bedien de programmeertoets op de zender met een geschikt
cilindrisch gereedschap (bijv. balpen).
• Schakel de spanningsvoorziening van de ontvanger uit en na 5 seconden
weer in.
of
• Bedien de programmeertoets of de zwarte schakelaar (antennesymbool)
van de ontvanger.
De ontvanger bevindt zich nu gedurende 3 minuten in de programmeermodus.
b) Masterzender programmeren
Druk binnen de programmeermodus op de programmeertoets van de master-
zender tot de ontvanger het succesvol programmeren bevestigt.
Daarmee is het programmeren beëindigd.
52 - nl