5
Cabinesysteem bedienen
Cabinedeur sluiten
GEVAAR
Er bestaat risico van beschadiging door botsen, als
de cabinedeur tijdens het rijden openspringt.
– De cabinedeur moet stevig worden vastgeklikt.
Cabinedeur van buitenaf sluiten:
– Duw de cabinedeur (2) dicht zodat hij in het
slot valt.
– Controleer of de cabinedeur goed gesloten
is.
Cabinedeur van binnenuit sluiten:
– Pak de greepstang (1) vast.
– Trek de cabinedeur dicht zodat hij in het slot
valt.
– Controleer of de cabinedeur goed gesloten
is.
Zijruiten openen
WAARSCHUWING
Er bestaat gevaar van beknelling tussen ruitframe
en zijruit wanneer de zijruiten tijdens het rijden
onbedoeld verschuiven.
– Zorg dat de greep goed in de betreffende
arrêteergroef vastklikt.
Zijruit achter openen:
– Druk de greep (2) in en schuif de achterste
zijruit (1) naar voren.
– Zorg dat de greep in de arrêteergroef (3)
vastklikt.
Zijruit vóór openen:
– Druk de greep (4) in en schuif de voorste
zijruit (5) naar achteren.
– Zorg dat de greep in de arrêteergroef (3)
vastklikt.
216
5
4
57328011809 [NL]
Bediening
1
2
7314_003-041
1
2
3
7314_003-040