Gerecht
7
Boter, ontdooien
7
Boter, ontdooien
Heel brood
Heel brood
Gebak, droog, bijv. cake
Gebak, droog, bijv. cake
Gebak, vochtig, bijv. vruchtentaart,
8
kwarktaart
Gebak, vochtig, bijv. vruchtentaart,
8
kwarktaart
1
Het voedsel herhaaldelijk keren.
2
Tijdens het keren de ontdooide delen van elkaar scheiden.
3
Het voedsel vlak invriezen.
Het reeds ontdooide vlees verwijderen.
4
De ontdooide delen van elkaar losmaken.
5
Het voedsel tussendoor voorzichtig omroeren.
6
7
De verpakking volledig verwijderen.
8
Alleen gebak zonder glazuur, slagroom, gelatine of crème ontdooien.
9
De stukken gebak van elkaar scheiden.
Opwarmen van diepgevroren voedsel met de magnetron
Neem de insteladviezen voor het opwarmen van diepgevroren gerechten met de magnetron in acht.
Opmerking:
Aanwijzingen voor de bereiding
¡ Gebruik gesloten servies dat geschikt is voor de magnetron. U kunt voor het afdekken ook een bord of speciale
magnetronfolie gebruiken. Kant-en-klare voedingsproducten uit de verpakking nemen.
¡ De gerechten vlak op het servies verdelen. Platte voedingsproducten zijn sneller klaar dan hoge.
¡ De gerechten tussendoor 2-3 keer omroeren of keren.
¡ Laat het voedsel na het opwarmen 2-5 minuten rusten.
¡ De producten geven warmte af aan het servies. De vorm kan zeer heet worden. Gebruik pannenlappen.
¡ De eigen smaak van de gerechten blijft goed behouden. Gebruik zout en specerijen met mate.
¡ Plaats het kookgerei in het midden van het lage rooster, zodat de magnetrongolven het voedsel van alle kanten
kunnen bereiken.
Gerecht
Menu, bordgerecht, kant-en-klaar-gerecht
met 2-3 componenten
Soep
Eenpansgerecht
Eenpansgerecht
Plakken of stukken vlees in saus, bijv. gou-
lash
Plakken of stukken vlees in saus, bijv. gou-
lash
Vis, bijv. filetstukken
Vis, bijv. filetstukken
Bijgerechten, bijv. rijst, pasta
1
Een beetje vloeistof bij het voedsel doen.
Water toevoegen, zodat de bodem van de vorm wordt bedekt.
2
Het voedsel bereiden zonder toevoeging van water.
3
Gewicht in g
125
250
500
1000
8, 9
500
8, 9
750
500
750
Gewicht in g
300 - 400
400 - 500
500
1000
500
1000
400
800
1
250
Magnetronvermogen
in W
1. 180
2. 90
1. 180
2. 90
1. 180
2. 90
1. 180
2. 90
90
1. 180
2. 90
1. 180
2. 90
1. 180
2. 90
Magnetronvermogen
in W
600
600
600
600
600
600
600
600
600
Zo lukt het nl
Tijdsduur in min
1. 1
2. 2 - 4
1. 1
2. 2 - 4
1. 6
2. 5 - 10
1. 12
2. 15 - 25
15 - 20
1. 5
2. 10 - 15
1. 5
2. 10 - 15
1. 7
2. 10 - 15
Tijdsduur in min
10 - 15
8 - 10
10 - 15
20 - 25
15 - 20
25 - 30
10 - 15
18 - 20
2 - 5
143