Inhoudsopgave
Advertenties
De CLI gebruiken
Als alternatief voor het gebruik van de SMC kunt u in de CLI de opdracht show system uitvoeren om
de conditie van het systeem en de bijbehorende onderdelen te controleren. Als er een probleem optreedt
in een onderdeel, is de status van de systeemconditie Verminderd, Storing of Onbekend en worden de
onderdelen als niet goed werkend aangeduid. Voer de aanbevolen acties in het veld Aanbevelingen voor
conditie uit om het probleem op te lossen.
Gebeurtenismelding controleren
Wanneer gebeurtenismelding is geconfigureerd en ingeschakeld, kunt u gebeurtenislogboeken controleren
om de conditie van het systeem en de onderdelen te achterhalen. Als u een melding krijgt dat u moet
controleren of een gebeurtenis is geregistreerd of dat u informatie over een gebeurtenis in het logboek
moet raadplegen, kunt u dit doen met de SMC of de CLI. Met de SMC kunt u het gebeurtenislogboek
bekijken en op de melding klikken voor details over de gebeurtenis. In de CLI voert u de opdracht
events detail
gebeurtenis te bekijken.
De LED's van de behuizing bekijken
U kunt de LED's op de hardware bekijken (raadpleeg
status van onderdelen vaststellen. Als een probleem toegang tot de SMC of de CLI voorkomt, is dit de enig
beschikbare optie. Controle/beheer wordt echter vaker uitgevoerd via een beheerconsole met behulp van
een opslagbeheerinterface dan met de niet altijd volledig zichtbare LED's op een rek met hardwareonderdelen.
De basisstappen uitvoeren
U kunt alle beschikbare en hierboven beschreven opties gebruiken voor het uitvoeren van de basisstappen
van de methode voor foutisolatie.
Foutinformatie verzamelen
Wanneer een fout optreedt, is het belangrijk dat u zoveel mogelijk informatie verzamelt. Hierdoor kunt
u de juiste actie bepalen die moet worden ondernomen om het probleem op te lossen.
Onderzoek allereerst de fout die wordt gemeld:
•
Houdt de fout verband met een intern of een extern gegevenspad?
• Heeft de fout betrekking op een hardwareonderdeel zoals een schijfstationsmodule, een
controllermodule of een voedingseenheid?
Als u de fout weet te herleiden tot één van de onderdelen in het opslagsysteem, kunt u sneller bepalen
welke corrigerende actie u moet ondernemen.
Bepalen op welke locatie de fout optreedt
Als u weet welke fout wordt gerapporteerd, controleert u de LED's van de behuizing. De LED's van de
behuizing zijn ontworpen om gebruikers onmiddellijk op systeemfouten te duiden. Vaak vormen ze de
eerste aanwijzing voor de gebruiker dat er een fout is opgetreden.
Wanneer een fout optreedt, wordt de LED met de fout-ID aan de rechterkant van een behuizing verlicht
(zie het diagram voor de onderdelen op het voorpaneel van uw product op
LED's aan de achterkant van de behuizing om de fout terug te leiden tot een CRU, aansluiting of beide.
Met behulp van de LED's kunt u ook de locatie aanduiden van een CRU die een fout rapporteert.
Gebruik de SMC om fouten te controleren die u hebt gevonden door de LED's te bekijken. De SMC is ook
een goed hulpmiddel voor het bepalen waar de fout optreedt als de LED's niet zichtbaar zijn als gevolg
van de locatie van het systeem. Deze webtoepassing biedt u een visuele weergave van het systeem en
van de locatie waarop een fout optreedt. De SMC kan u ook meer gedetailleerde informatie bieden over
CRU's, gegevens en fouten.
uit (met aanvullende parameters voor het filteren van de uitvoer) om de details van een
LED-beschrijvingen
voor uw behuizingsmodel) en de
Lenovo Storage S3200/S2200-installatiehandleiding
show
pagina
14). Controleer de
49
Advertenties
Inhoudsopgave
