INSTALLATIEHANDLEIDING
Let op
- Gebruik onbrandbaar en hittebestendig
materiaal voor de boezem inclusief de
bovenkant van de boezem, het materiaal
in de boezem en de achterwand van de
boezem;
- Voorkom dat het toestel wordt belast
door het gewicht van de boezem bij
gebruik van steenachtige materialen;
- De doorlaat van de - zo hoog mogelijk
geplaatste - ventilatieopeningen bedraagt
minimaal 200 cm
!Let op
- Houd rekening met de minimale inwen-
dige breedte van de boezem: 750 mm
(zie Afb. 2);
- Houd bij het plaatsen van de boezem
rekening met de plaats van de ventilatie-
openingen (V); zie Afb. 2.
!Tip
Breng de ventilatieopeningen bij voorkeur
aan weerszijden van de boezem aan. U
kunt gebruik maken van DRU ventilatie-
elementen.
• Controleer of het verbrandingsgasafvoersysteem op de
juiste manier is geplaatst.
• Controleer de borging van de klembanden met parkers
op plaatsen die later onbereikbaar zijn.
• Stuc niet op of over de fl enzen (zie Afb. 2, maximale
stuclijn M) omdat door de warmte van het toestel
scheuren kunnen ontstaan;
• Plaats zonodig de sierlijst of het front rondom het toestel;
zie de meegeleverde instructies.
• Laat bij toepassing van steenachtige materialen en/of
afwerking met stucwerk de boezem vóór ingebruikname
minimaal 6 weken drogen ter voorkoming van scheuren.
6.7 Plaatsen houtset
Het toestel wordt geleverd met een houtset.
Let op
Houdt u zich strikt aan onderstaande
instructies ter voorkoming van onveilige
situaties:
- gebruik uitsluitend de meegeleverde
houtset;
- plaats de houtset exact volgens de be-
schrijving;
- laat de waakvlambrander en de ruimte er
omheen vrij (zie Afb. 5a);
- laat thermokoppel 2 en de ruimte er
omheen vrij (zie Afb. 5a);
- voorkom dat het fi jne stof van het
vermiculiet op de brander terechtkomt.
6.7.1
Houtset
De houtset bestaat uit zwart vermiculiet (zie Afb. 6a), chips
(zie Afb. 6b) en een viertal stammen.
• Vul de branderbak met vermiculiet; verdeel het vermiculiet
gelijkmatig.
2
.
6
!Let op
- U kunt het vlambeeld beïnvloeden door
het vermiculiet te verplaatsen, maar
- het branderdek moet wel bedekt blijven
met vermiculiet om te voorkomen dat de
levensduur van de brander afneemt.
• Identifi ceer de stammen A t/m D aan de hand van Afb. 7a.
!Tip
Maak bij de identifi catie gebruik van de
brandvlekken op de stammen.
• Plaats achtereenvolgens stam A (achterste stam), stam B
(midden stam) en stam C (rechter stam) (zie Afb. 7b t/m
7h).
!Let op
Maak gebruik van de plaatsingsbeugels
zoals weergegeven is in de afbeeldingen.
• Vul de bak rondom de brander met chips; verdeel de chips
gelijkmatig; zie Afb. 7j.
• Plaats tenslotte stam D, de linker stam; zie Afb. 7k.
6.8
Ruit
Na het plaatsen van de hout-/kiezelset kan de ruit geplaatst
worden zoals hieronder is beschreven.
!Let op
- Voorkom beschadiging bij het verwijde-
ren/plaatsen van de ruit;
- Gebruik de bijgeleverde inbussleutel voor
het losdraaien/vastzetten van de inbus-
bouten.
6.8.1
Verwijderen ruit
Voor het verwijderen van de ruit volgt u onderstaande
aanwijzingen (zie Afb. 10a t/m Afb. 10d)
• Draai de inbusbouten uit de bovenste glasstrip één à twee
slagen los.
• Pak de bovenste glasstrip aan weerszijden vast.
• Trek de glasstrip naar voren en
• Duw deze omhoog.
• Kantel de ruit aan de bovenkant iets naar u toe.
• Pak de ruit aan beide zijkanten vast.
• Neem de ruit uit de onderste glasstrip.
6.8.2
Plaatsen ruit
• Plaats de ruit in de onderste glasstrip.
• Trek de bovenste glasstrip naar voren en
• Duw deze omhoog.
• Kantel de ruit aan de bovenkant van u af.
• Plaats de bovenste glasstrip over de ruit .
• Druk de bovenste glasstrip aan.
• Draai de inbusbouten weer vast
!Let op
- Vermijd/verwijder vingerafdrukken op de
ruit omdat deze inbranden;
- Draai de inbusbouten niet te vast ter
voorkoming van doldraaien: vast=vast.