6 Onderhoud door de bestuurder
6.5.3 Controle van de spanning
Stut de machine niet alleen met het werktuig. De bedieningshendels kunnen bewegen en de
hydrauliekolie kan per ongeluk wegstromen en het omvallen van de machine veroorzaken.
Wanneer twee personen de machine controleren of afstellen, moet één van hen de machine
inschakelen aan de hand van de door de andere persoon gegeven signalen.
Controleer de spanning op de rupsen uitsluitend op een vlakke, stevige ondergrond. Het is
ten strengste verboden om zich tijdens de verrichting onder de machine te bevinden.
• Als de spanning onjuist is, moet u de in de volgende hoofdstukken beschreven procedures
volgen om de spanning van de rupsen te verhogen of te verlagen.
Als u werkzaamheden uitvoert terwijl er geen spanning op een rups staat, kunnen de
schalmen breken of kan het rupsloopwerk voortijdig verslijten.
160
1. Verplaats de machine zodanig dat de naad op de bin-
nenzijde van de rups zich in het midden van het boven-
stel bevindt.
A = Merk
binnen in de rups
1 = Deksel
2 = Tussenwiel
2. Til de machine op met de inrichting door de bedie-
ningshendel te bedienen.
WAARSCHUWING
3. Controleer de spanning. Speling H tussen het externe
roloppervlak van de tweede rupsband van de spanrol en
het interne oppervlak van de rups moet de volgende zijn:
20 ~ 25 mm.
1 = Smeernippel
b = Rupsrol
c = Rups
BELANGRIJK
www.duma-rent.com