6
O
NDERHOUD DOOR DE BESTUURDER
6.1 Dagelijks onderhoud
6.1.1 Controle van de machine vóór gebruik
• Voordat u de machine gebruikt, moet u telkens de volgende punten visueel controleren :
– of er geen onderdelen ontbreken, kapot of losgedraaid zijn
– of de drijfriem van de ventilator naar behoren aangespannen is
– of er geen olie, water of brandstof lekt
– of de motor en de accu in goede staat zijn
• Om lekken op te sporen, moet u een veiligheidsbril en dikke handschoenen dragen. Bedek
het controlepunt met een dik papier of een stuk spaanplaat ter bescherming tegen lekken en
opspattende olie. Raadpleeg onmiddellijk een arts als u door opspattende olie geraakt wordt.
• Ga ook na of de urenteller, de koplampen, de claxon en de controlelampjes naar behoren
werken.
• Als een element niet functioneert of volgens u defect is, moet u onmiddellijk de motor van
de machine stilleggen en contact opnemen met uw dealer.
6.1.2 Controles na gebruik van de machine
Na elk gebruik moeten meerdere controles uitgevoerd worden naargelang van het gebruik van
de machine ; raadpleeg het hoofdstuk :
6 Controles na gebruik , pagina 94
6.1.3 Controle van de bedieningsorganen
• Bedien de bedieningsorganen.
• Laat de hendels los, ze moeten meteen zelf terugkeren in de neutrale stand.
• Is dat niet het geval, neem dan contact op met uw dealer.
6.1.4 Controle van de zitplaats
Ga na of er een veiligheidsriem is, en of hij in goede staat is.
152
www.duma-rent.com