invoerhoogte te verlagen.
• Neem geen risico, komt iemand binnen de gevarenzone stop dan onmiddellijk de motor.
• Kinderen en dieren moeten buiten het bereik van de machine gehouden worden.
• Bij het verlaten van de machine moet de motor uitgeschakeld worden.
• Zodra de motor draait, zal de bediener zijn volledige aandacht aan de bediening van de
machine besteden.
7.3.6
Regelmatig onderhoud
• Periodiek onderhoud is onontbeerlijk. Volg daarom strikt het onderhoudsschema van deze
handleiding.
• Leg een onderhoudsregister aan waarin u gedetailleerd het uitgevoerde onderhoud bijhoudt.
• Controle van de messen op scherpte is essentieel voor de goede werking van je machine. Slijp
de messen tijdig bij.
• Binnen inloopperiode van 5 uur na het plaatsen van nieuwe messen of het draaien van
gebruikte messen, moet men steeds de mesbouten controleren op spanning. Dit geldt
eveneens voor de eerste 5 uren bij het in dienst stellen van de machine.
• Wanneer door slijtage of door breuk onderdelen vervangen moeten worden, wendt u daarvoor
steeds tot uw ELIET dealer en vraag er originele ELIET wisselstukken. Het is belangrijk voor uw
eigen veiligheid. (zoek de erkende ELIET dealer in uw buurt op www.eliet.eu)
• De lijst van originele vervangonderdelen en hun bestelcode kan u steeds online raadplegen op
www.eliet.eu.
• Reparatie en onderhoudswerken mogen enkel uitgevoerd worden met stilstaande motor. Wacht
steeds tot de messen volledig uitgedraaid zijn en de versnipperkamer en turbine volledig leeg
zijn alvorens eender welke actie uit te voeren.
• Draag steeds aangepaste kledij voor het uitvoeren van onderhoud.
Ga milieubewust om met de machine:
• Laat de machine niet onnodig draaien zonder aan het werk te zijn.
• Voorkom het verspillen van benzine tijdens het tanken.
• Onderhoud de motor met regelmaat om een goede verbranding te hebben.
7.3.7
Richtlijnen eigen aan elektrische machines
Voor een machine uitgevoerd met een elektromotor moeten bijkomend de volgende richtlijnen in
acht worden genomen:
• De stroomkring waarop de machine wordt aangesloten moet beveiligd zijn met een
aardlekschakelaar die uitschakelt bij een lekstroom van maximaal 30mA.
• Het stroomnetwerk van de woning waarop de machine wordt aangesloten moet voorzien zijn
van een goede aarding, laat deze uitmeten door een erkend elektricien.
• De vermogenschakelaar op de machine is voorzien van een geïntegreerde thermische
veiligheid. Als door langdurige zware belasting, overbelasting, blokkage of gebrekkige
koeling de inwendige motortemperatuur een normwaarde overschrijdt, dan wordt de
motor automatisch uitgeschakeld. Laat de motor afkoelen en herstart de motor volgens de
beschreven startprocedure.
17