Volg uw vorderingen op de display.
4
Zie stap 5 op pagina 13.
Uw hartslag meten als u dat wilt.
5
Zie stap 6 op pagina 14.
Zet desgewenst de ventilator aan.
6
Zie stap 7 op pagina 14.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wan-
7
neer u stopt met uw oefening.
Zie stap 8 op pagina 14.
GEBRUIKSAANWIJZING VOOR HET OP HART-
SLAG AFGESTEMDE PROGRAMMA
Programma 1 voor de Hartslag zal automatisch de snel-
heid en helling van de loopband instellen om zodoende
uw hartslag bij de na te streven hartslag die u gekozen
heeft te houden. Hartslagprogramma 2 zal uw hartslag
dichtbij een vooraf ingestelde doelhartslag houden.
WAARSCHUWING:
de programma's voor de hartslag niet wanneer
U hartklachten heeft of wanneer U ouder dan
60 en niet actief bent. Bespreek met uw huis-
arts, als u regelmatig medicijnen inneemt of de
medicijnen uw oefening voor de hartslag kan
beïnvloeden.
Volg onderstaande stappen om het op de hartslag
afgestemde programma te gebruiken.
De borstkas-sensor dragen.
1
Als dat gebeurt, raadpleeg dan de gebruiksaanwi-
jzing van de borstkassensoren.
De sleutel volledig in het bedieningspaneel
2
steken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op
pagina 13.
Selecteer het op hartslag afgestemde pro-
3
gramma.
Om een hart-
slagpro-
gramma te
kiezen, druk
herhaaldelijk
op de
Hartslagpro-
grammatoet-
sen totdat
"P1" of "P2" op de display verschijnt.
Een profiel van de na te streven hartslag instelling
van het programma zal wanneer programma 1
voor de hartslag gekozen wordt op het schema
verschijnen.
Als hartslagprogramma 2 geselecteerd is, dan
zal er een grafisch symbool met uw hartslag op
de display verschijnen.
16
Gebruik