Airbags (SRS)
Side airbags en hoofdbeschermingsairbags
Onder bepaalde omstandigheden worden de side airbags
en hoofdairbags mogelijk niet geactiveerd. Hieronder vol-
gen enkele voorbeelden:
• Aanrijdingen van opzij onder een bepaalde hoek.
• Lichte aanrijdingen van opzij, bijvoorbeeld door een
motorfiets.
• Aanrijdingen uit het midden van de zijkant van de auto,
te ver richting het midden van de motorruimte of de
bagageruimte.
• Kantelen van de auto.
• De aanrijding onder een hoek heeft niet genoeg kracht
(de aanrijding is met een object dat kan vervormen, bij-
voorbeeld een lantaarnpaal of vangrail).
• De aanrijding heeft niet genoeg kracht (met een ander
voertuig dat stilstaat of rijdt).
• Het gaat om een aanrijding van achteren.
Stoelen, airbags en baby- of kinderzitjes
Uitschakelen van de passagiersairbag
De passagiersairbag mag alleen worden uitge-
schakeld als een tegen de rijrichting in geplaatst
kinderzitje op de voorpassagiersstoel wordt
geplaatst.
Zorg ervoor dat de airbag is ingeschakeld als er
een volwassene op de voorpassagiersstoel zit.
35