Bijlage A: overzicht Modbus-variabelen
Modbus- - -
Variabele
Modbus
Modbus
Variabele
Variabele
register
register
register
Instelblok Integratie
Dit hoofdstuk bevat besturingsvariabelen op systeemniveau die mogelijk af en toe (niet frequent) moeten worden
gemonitord of geregeld.
404200
Lokale besturing/besturing op afstand
404201
Actief profielalarm
404202
Bitveld pompregeling
404203
Onderhoudsinterval meest linkse byte
404204
Onderhoudsinterval meest rechtse
byte
404205
Type omvormer 1
404206
Type omvormer 2
404207
Omvormer 1 inschakeling closed loop
404208
Omvormer 2 inschakeling closed loop
404209
Voorbehouden
404210
Type onderpomp
404211
Afmeting onderpomp
404212
4-20 mA uitvoer roerwerk
404213
Inschakeling 4-20 mA uitvoer roerwerk Lezen/schri-
404214
Stopprofiel % Open BPR
404215
Voorbehouden voor E-Flo DCX2
404216
Voorbehouden voor E-Flo DCX2
404250
Wachtwoord inschakelen
66
Toegang tot
tot
Grootte
Toegang
Toegang
tot
Grootte
Grootte
register
register
register
Lezen/schri-
16 bit
jven
Lezen/schri-
16 bit
jven
Lezen/schri-
16 bit
jven
Lezen/schri-
16 bit
jven
Lezen/schri-
16 bit
jven
Lezen/schri-
16 bit
jven
Lezen/schri-
16 bit
jven
Lezen/schri-
16 bit
jven
Lezen/schri-
16 bit
jven
Lezen/schri-
16 bit
jven
Lezen/schri-
16 bit
jven
Lezen/schri-
16 bit
jven
Lezen/schri-
16 bit
jven
16 bit
jven
Lezen/schri-
16 bit
jven
Lezen/schri-
16 bit
jven
Opmerkingen/eenheden
Opmerkingen/eenheden
Opmerkingen/eenheden
0 = lokaal, 1 = op afstand/PLC
0 = gestopt, 1, 2, 3, 4
Zie Tabel 6 voor bitdefinities.
Pompcycli, zie Tabel 7.
Pompcycli, zie Tabel 7.
0 = geen,
1 = 500 psi (3,44 MPa, 34,47
bar),
2 = 5000 psi (34,47 MPa, 344,74
bar),
3 = 5 psi (34,5 kPa 0,345 bar)
tankpeilsensor.
0 = niet ingeschakeld, 1 =
ingeschakeld (opmerking:
slechts 1 omvormer kan worden
ingeschakeld voor closed
loop-regeling)
N.v.t.
0 = ongeldig/niet geconfigureerd,
1 = 145 cc,
2 = 180 cc,
3 = 220 cc,
4 = 290 cc,
5 = 750 cc,
6 = 1000 cc,
7 = 1500 cc,
8 = 2000 cc,
9 = 2500 cc
Feitelijk onderpompformaat in cc
0-100 = 4-20 mA
0 = Uitschakelen, 1 = Inschakelen
Instelling voor wanneer het
stopprofiel actief is om de
druk van de vloeistofleiding te
handhaven wanneer de pomp
wordt stopgezet. (Zie 405107
hieronder)
0 = Uitschakelen, 1 = Inschakelen
3A4341H