Fader
U kunt volgende effecten toevoegen aan de
overgang tussen twee scènes.
Selecteer het gewenste effect in [STBY]
(invloeien) of [OPN] (uitvloeien).
Uit
Gebruikt geen effect.
Fader wit ( )
Vloeit in/uit met wit effect.
Uit
Fader zwart ( )
Vloeit in/uit met zwart effect.
Uit
Raak [Uit] aan om de fader te annuleren
voordat de functie wordt gestart.
Tips
Als u op START/STOP drukt, wordt de
instelling gewist.
De miniaturen van een film opgenomen met
[Fader zwart] zijn soms moeilijk te zien met
Gebeurtenisweergave of op andere schermen.
Zelfontsp.
Druk op PHOTO om het aftellen te starten.
Na ongeveer 10 seconden wordt een foto
genomen.
Uit
Annuleert de zelfontspanner.
Aan ( )
Start de opname met zelfontspanner. Raak
[Terugstellen] aan om het opnemen te
annuleren.
Tips
U kunt ook op PHOTO op de draadloze
afstandsbediening drukken (p. 129).
Telemacro
Dit is handig als u kleine onderwerpen,
zoals bloemen of insecten, wilt opnemen. U
kunt de achtergrond waziger maken en het
onderwerp naar voor halen.
Uit
Annuleert Telemacro. (Telemacro wordt ook
In
geannuleerd wanneer u de zoomknop naar de
W-kant beweegt.)
Aan ( )
De zoom (p. 36) gaat automatisch naar de
bovenkant van de T-kant (teleopname) en
maakt het mogelijk om onderwerpen op
In
te nemen tot op een afstand van ongeveer
32 cm.
Opmerkingen
Wanneer u een onderwerp op afstand
wilt opnemen, kunt u mogelijk moeilijk
scherpstellen en kan het scherpstellen enige tijd
in beslag nemen.
Regel de scherpstelling handmatig
([Scherpstellen], p. 79) als er moeilijk
automatisch kan worden scherpgesteld.
SteadyShot
Hiermee kunt u cameratrillingen
compenseren.
Stel [
SteadyShot] in op [Uit] (
u een statief (los verkrijgbaar) gebruikt; zo
krijgt u een natuurlijk beeld.
NL
) als