Onderhoud
8.2
Intervallen
Storingen kunnen door regelmatige inspectie en regelmatig onderhoud tijdig worden
vastgesteld, waardoor het uitvallen van het product eventueel kan worden voorkomen.
► Leg als exploitant vast welke componenten in welke intervallen (afhankelijk van
de belasting) moeten worden geïnspecteerd en onderhouden. Deze intervallen
zijn afhankelijk van de daadwerkelijke omstandigheden, bijv.: toestand van het
water, vervuilingsgraad, invloeden uit de omgeving, verbruik enz.
De volgende intervaltabel geeft de minimale intervallen voor de uit te voeren
werkzaamheden aan.
Handeling
Inspectie
Onderhoud
Reparatie
64 | 104
Interval
Taken
• Visuele controle/functiecontrole
2 maanden
• Voeding en aansluitkabel op beschadigingen controleren
• Bedrijfswaarden en meldingen/storingen aflezen
• Waterdruk op de manometers aflezen
• Veiligheidsmagneetklep (optioneel) op beschadigingen
controleren
• Druksensoren (optioneel) op beschadigingen controleren
• Indien nodig handmatige terugspoeling uitvoeren
• Handmatige terugspoeling uitvoeren
6 maanden
• Controle van toestand en dichtheid
• Bedrijfsparameters aflezen
• Werking van de veiligheidsmagneetklep (optioneel) controleren
• Werking van de druksensoren (optioneel) controleren
• Stekkerverbindingen en contactaansluitingen controleren
• O-ringen/platte pakkingen op slijtage controleren
Jaarlijks
• Filterelement en afstrijker op slijtage controleren
• Controleren of spoelwater- en afvoeraansluiting goed vastzitten
• Controleren of het filter goed vast zit en niet lekt
• Veiligheidsmagneetklep (optioneel) op lekkage controleren
• Druksensoren (optioneel) op lekkage controleren
• Bedrijfsparameters en foutgeheugen uitlezen
• Aanbevolen:
5 jaar
Filterelement, pakkingen, afzuigmondeenheid vervangen