Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

De Defibtech Lifeline Aed - Defibtech LIFELINE AHA 2010 Gebruikershandleiding

Externe defibrillator
Inhoudsopgave

Advertenties

1.2

De Defibtech LIFELINE AED

A. Luidspreker. De luidspreker geeft
de gesproken aanwijzingen weer als de
LIFELINE AED aan staat. De luidspreker
geeft ook een geluidssignaal als het
apparaat in stand-by modus staat en
een (onderhouds)situatie waarneemt
die onder de aandacht van de gebruiker
moet worden gebracht.
B. SCHOK-knop. Deze knop zal
knipperen op het moment dat een
schok wordt geadviseerd. Druk
deze knop dan in om de schok
(stroomstoot) toe te dienen. Deze
knop is in alle andere gevallen buiten werking gesteld.
C. 'Analyse hartritme' -lampje. Dit groene lampje knippert op het moment dat de LIFELINE AED
bezig is met het analyseren van het ECG hartritme van de patiënt.
D. 'Raak de patiënt niet aan' -lampje. Dit rode lampje knippert als de LIFELINE AED beweging
detecteert of een andere belemmering waardoor analyse van het ECG hartritme niet mogelijk is of
wanneer de gebruiker de patiënt niet moet aanraken of verplaatsen.
E. 'Controleer elektroden' -lampje. Dit rode lampje knippert als de LIFELINE AED signaleert dat de
elektroden niet of niet goed zijn aangebracht op de patiënt.
F . AAN/UIT-knop. Druk op deze knop om de LIFELINE AED aan te zetten. Druk opnieuw op deze knop
om de AED te ontladen en uit te zetten.
G. Elektroden aansluitpunt. Plaats de stekker van de patiëntelektroden (item O) in dit aansluitpunt
om de elektroden te verbinden met de LIFELINE AED.
H. Batterij-unit. De batterij-unit is de vervangbare hoofdenergiebron voor de LIFELINE AED.
I. Opening voor de batterij-unit. Duw de batterij-unit stevig in de opening, totdat de vergrendeling
op zijn plaats klikt.
J. De uitwerpknop voor de batterij-unit. Deze knop ontgrendelt de batterij van de LIFELINE AED.
Druk op deze knop, totdat de batterij gedeeltelijk wordt uitgeworpen om de batterij te verwijderen.
K. Actieve Status Indicator (ASI). Als het apparaat uit staat, knippert deze indicator groen om aan
te geven dat het apparaat volledig gebruiksklaar is en rood om aan te geven dat het apparaat aandacht
nodig heeft van de gebruiker of dat onderhoud noodzakelijk is.
L. Patiëntelektroden. De analyse/defibrillatie elektroden die op de patiënt worden geplaatst. De
elektroden kunnen worden opgeborgen in de speciale opbergruimte aan de achterkant van de AED.
M. Defibtech Data Card (DDC). Deze optionele plug-in geheugenkaart voorziet de LIFELINE AED
van een extra opslagmogelijkheid van gebruiksgegevens.
N. Actieve Status Indicator (ASI) batterij. Dit is een 9V lithium batterij die de energie levert voor
de Actieve Status Indicator. Deze 9V batterij bevindt zich in het compartiment van de batterij-unit.
O. Patiëntelektroden stekker. Deze stekker dient in het elektroden aansluitpunt (item G) van de
LIFELINE AED te worden gestoken.
G
F
E
D
C
B
A
H
K
J
I
L
M
N
O
3
DAC-510E-NL-BF

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Lifeline erc 2010

Inhoudsopgave