Inhoudsopgave
Advertenties
5.
Bediening
5.4 Oriënteren van het preparaat
29
Bij toepassing van de grote standaard
objectklem (50 x 55 mm) kan de prepa-
raatoriëntatie van 8° in de richting
noord-zuid niet volledig worden be-
nut. De bruikbare hoek bedraagt hier
slechts ca. 4°.
20
(alleen oriënteerbare preparaathouderopname)
De objectoriëntatie maakt bij een vastgeklemd
31
preparaat een eenvoudige positiecorrectie mo-
gelijk van het preparaatoppervlak.
• Beweeg het preparaat door het draaien van
• Zet de klemhendel (20,
30
Afb. 13
• Beweeg de preparaathouderopname door
• Draai de excenterhendel (29) linksom om
• Verplaats het preparaat met behulp van stel-
• Draai de excenterhendel (29) rechtsom om
het wiel voor grofinstelling (31) naar de ach-
terste eindpositie.
(zie
Hoofdstuk
5.5)
van de basisplaat van de microtoom los en
schuif de meshouderbasis met de meshouder
tot vlakbij het preparaat.
Zie hiertoe
afb. 10, pag. 17
Belangrijk voor de Leica RM2125 RT!
Het oriënteren van een preparaat mag
niet tijdens de retractiefase plaatsvin-
den. Voor de volgende insnijding wordt
een transportwaarde ingesteld over de
afstand van de retractiewaarde PLUS
de ingestelde snijdikte. Hierbij bestaat
het gevaar dat het preparaat en het
mes beschadigd raken!
het draaien van het handwiel naar de boven-
ste eindpositie en activeer de handwielblok-
kering.
deze los te zetten.
schroef (31) in de richting noord-zuid en met
behulp van stelschroef (30) in de richting
oost-west.
de oriëntatie vast te zetten.
Handleiding V 2.3 – 02/2009
afb.
10) aan de voorzijde
resp.
afb. 26, pag.
28.
Advertenties
Inhoudsopgave
