Menu-optie
Beschrijving
Backing pump options Een hulppomp die is bevestigd aan de TIC of via een relaiskast, kan op de volgende manier
worden bediend:
None (geen): De hulppomp is niet geschakeld met de turbopomp
50%: De hulppomp gaat uit na 2 seconden, wanneer de turbosnelheid is gedaald naar 50%
van de snelheid. Door de vertraging kan bezinksel worden verwijderd uit het systeem.
On stop (na stop): De hulppomp wordt 4 seconden na het versturen van het commando
Turbo uit uitgeschakeld. De vertraging van 4 seconden maakt het sluiten van een klep
mogelijk en vervolgens de verwijdering van bezinksel uit het systeem.
Menu-optie
Beschrijving
Normal
De TIC maakt het mogelijk om 'normale snelheid' van de hulppomp in te stellen als een
percentage van volle snelheid.
Standby speed
De gebruiker kan de stand-bysnelheid van de hulppomp instellen als percentage van volle
snelheid.
Autorun
Hiermee wordt de nXDS op start gesteld wanneer de stroom wordt ingeschakeld.
Service opt
Indicatie-opties nXDS-service Knipperend podule-LED-lampje, storingslijn, beide, geen.
4.10
Meterinstelling
Wanneer een nieuwe meter is geïdentificeerd, wordt het scherm 'Gauge Setup' geopend door te scrollen naar de
geselecteerde meter en te drukken op de knop 'Selecteren' (
Menu-optie
Beschrijving
Gauge
Geeft het type van de aangesloten meter aan.
Gas type
Hierdoor kan de gebruiker het gastype selecteren.
Keuze uit: N
Opmerking:
Filter
Hiermee kan de gebruiker de filterstatus selecteren.
Filter 'OFF' geeft een drukoutput als gerapporteerd door de meter (updatesnelheid van
ongeveer 3 per seconde).
Filter '1 sec' past een bewegingsgemiddelde van één seconde toe op de waarden, waarbij
de effecten van ruis op de uitleesstabilitiet worden gereduceerd.
Name
Hiermee kan de gebruiker de meters een naam geven.
4 tekens kunnen worden ingesteld die eigen zijn aan het systeem, A-Z, 0-9, _ (spatie).
Opmerking:
© Edwards Limited 2020. Alle rechten voorbehouden.
Edwards en het Edwards logo zijn handelsmerken van Edwards Limited.
Tabel 17 – Standaardopties voor hulpinstelling (vervolg)
Tabel 18 – Opmaakopties nXDS-pomp
Tabel 19 – Standaard opmaakopties (alle meters)
, He, Ar, CO
, Ne, Kr of Volt.
2
2
Voor gasafhankelijke meters is het belangrijk dat het juiste gas wordt
geselecteerd om te zorgen voor een juiste drukindicatie.
Als de meternaam is ingesteld, wordt de naam weergegeven wanneer de
meter wordt losgekoppeld. Om het metertype te resetten, moet u ervoor
zorgen dat er 4 spaties worden weergegeven in de opmaak van de meternaam.
). (zie
Tabel
19).
D39722886 Issue N
Pagina 31