DE BASISPRINCIPES VAN HET NAAIEN
Steeklengte aanpassen
U kunt de steeklengte aanpassen om de steek langer
of korter te maken.
a
Zet de machine aan.
Het LCD-display gaat aan.
b
Selecteer een steek.
Er verschijnt een scherm met instellingen
voor de geselecteerde steek.
• Zie "Steken selecteren" (pagina 72) voor
meer informatie over het selecteren van
steken.
• Zodra u de steek geselecteerd hebt,
verschijnen de standaardinstellingen
(gemarkeerd).
60
— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
c
U maakt de steeklengte kleiner door te
drukken op
de steeklengte groter door te drukken op
(steekbreedtetoets).
• Wanneer u de instelling hebt gewijzigd,
● Wanneer de steken te dicht op elkaar
zitten, vergroot u de steeklengte.
Wanneer u doorgaat met naaien terwijl
de steken te dicht op elkaar zitten, kan de
naald verbuigen of breken.
(steekbreedtetoets). U maakt
De steeklengte is gewijzigd.
–
+
verdwijnt de markering van deze instelling.
Memo
Wilt u de standaard steeklengte herstellen,
selecteer dan dezelfde steek opnieuw of wijzig de
instelling in de gemarkeerde waarde.
Druk op
(reset-toets) om de
standaardinstellingen van de steekbreedte,
steeklengte en bovendraadspanning te herstellen.
U kunt de instellingen opslaan, zodat ze altijd
zijn ingesteld wanneer u de naaisteek selecteert.
Zie "Steekinstellingen opslaan" (pagina 64) voor
meer informatie.
betekent dat u de instelling niet kunt
wijzigen.
VOORZICHTIG