10.7.3 DE HOGE MONTAGE VOETSTEUN INSTELLEN
Om de hoge voetsteun omhoog of omlaag te brengen:
. Draai de onderste schroeven (1) op de zwenkwielbevestiging los
(NOOIT LOS DE BOVENSTE SCHROEVEN, DIE ZIJN BEVEILIGD
SCHROEVEN).
. Breng de voetsteunstangen omhoog of omlaag naar de gewens-
te positie. Opmerking dat u 25 mm mogelijke aanpassing hebt,
omhoog of omlaag. Doen de 25 mm niet overschrijden om
minimale inbrenging te behouden.
. Draai de schroeven stevig vast met een aanhaalmoment van 12
Nm op de stuurpen.
1
10.8
ZITTING
10.8.1 STOELBEKLEDING VERVANGEN
. Verwijder de huidige stoelbekleding (klittenband).
. Installeer de nieuwe stoelbekleding.
. Verstel de spanning met de klittenbanden.
AFB. 20
10.8.2
VERVANGING VAN DE STABIELE ZITTING
. Verwijder de schroeven (1) waarmee de zitting vastzit.
. Verwijder de stijve stoel.
1
10.9
HOOGTE ZITTING TOT VLOER
Elke aanpassing aan de hoogte van de zitting tot de vloer betreft
verstelling van de antikantelsteunen, voorste zwenkwielhoek en
toespoor van achterwiel indien uitgerust met wielvlucht van 3° of 6°.
Het is belangrijk om deze verstellingen uit te voeren voorafgaand
aan het gebruik van de rolstoel om het risico op letsel te reduceren.
Als u deze waarschuwingen negeert of uw rolstoel niet als aangegeven in de handleiding inspecteert of onderhoudt, kunt u vallen, omkantelen of de controle over de rolstoel kwijtraken en uzelf en anderen ernstig verwonden of de
20
rolstoel beschadigen.
10.9.1 DE HOOGTE VAN ZITTING TOT VLOER ANN DE VOOR-
KANT WIJZIGEN
Voor het wijzigen van de hoogte van de zitting tot de vloer aan de
achterkant, kunt u als volgt te werk gaan:
. Installeer het voorste zwenkwiel in een andere opening op de
vork.
. Installeer een ander maat zwenkwielen.
. Wijzig de lengte van de penbout (standaard, +1" (2,5 cm) en
+2" (5,0 cm) beschikbaar).
10.9.2 DE HOOGTE VAN ZITTING TOT VLOER ANN DE ACHTER-
KANT WIJZIGEN
Voor het wijzigen van de hoogte van de zitting tot de vloer aan de
achterkant, kunt u als volgt te werk gaan:
. Pas de klemhoogte van de achterste wielvluchtbuis op de
montagebuis aan.
. Installeer achterwielen met een andere maat.
10.9.3 DE HOOGTE VAN ZITTING TOT VLOER ANN DE VOOR &
ACHTERKANT WIJZIGEN
Voor het tegelijkertijd wijzigen van de hoogte van zitting tot vloer aan de
voor- en achterkant, kunt u:
. Een ander zitkussen met een andere dikte gebruiken.
10.10
VOORSTE ZWENKWIELEN, VORKEN EN
VORKPENMONTAGES
10.10.1 DE VOORWIELEN VERWIJDEREN/INSTALLEREN/
HERPOSITIONEREN
. Maak de bout (1) los en verwijder deze (Afb. 21).
. Verwijder, installeer of herpositioneer het voorste zwenkwiel.
. Draai de schroef (1) stevig vast.
AFB. 21
10.10.2 DE ZWENKWIELBEHUIKING VERWIJDEREN/
INSTALLEREN
1
. Verwijder de beveiligingsschroeven niet.
. De zwenkwielmontage wordt alleen geïnstalleerd en versteld bij
Motion Composites.
AFB. 22
10.10.3 DE HOEK VAN DE ZWENKWIELBEHUIZING
VERSTELLEN
. Alle vier de wielen moeten de grond raken.
. Gebruik de geïntegreerde waterpas op de vorkbehuizing.
. Als de zwenkwielbehuizing niet horizontaal staat, maakt u de
schroeven (1) los (Afb. 22A).
1