Instellen van het geluid
U kunt de geluidskarakteristieken naar wens instellen.
1
2
Aanduiding, [Bereik]
BAS*
1
(lage tonen), [–06 t/m +06]
Instellen van de lage tonen.
TRE*
1
(hoge tonen), [–06 t/m +06]
Instellen van de hoge tonen.
FAD*
2
(fader), [R06 t/m F06]
Instellen van het balans tussen de voor- en
achterluidsprekers.
BAL (balans), [L06 t/m R06]
Instellen van het balans tussen de linker- en
rechterluidsprekers.
LOUD*
1
(toonversterking), [LOUD ON of LOUD OFF]
Versterkt de lage en hoge frequenties voor een goed-
gebalanceerd geluid bij een laag volumeniveau.
VOL (volume), [00 t/m 50 of 00 t/m 30]*
Instellen van het volume.
*
1
Indien u de lage of hoge tonen of toonversterking
instelt, wordt de door u gemaakte instelling voor de
huidige gekozen geluidsfunctie (c-EQ) met inbegrip
van "USER" vastgelegd.
*
2
Stel het faderniveau op "00" indien u slechts twee
luidsprekers gebruikt.
*
3
Afhankelijk van de ingestelde versterking voor de
versterker. (Zie bladzijde 14 voor details).
12
Algemene instellingen
— PSM
U kunt de op bladzijden 13 en 14 aangegeven
PSM-onderdelen (functie voor voorkeurinstellingen)
veranderen.
1
2
Kies een PSM-onderdeel.
3
Stel het gekozen PSM-onderdeel in.
4
Herhaal stappen 2 en 3 voor het instellen
van andere PSM-onderdelen indien nodig.
5
Voltooi de procedure.
3