GEBRUIKSAANWIJZING VOOR HET OP
HARTSLAG AFGESTEMDE PROGRAMMA
Tijdens hartslagprogramma 21, zal uw hartslag dichtbij
een vooraf ingestelde doelhartslag moeten blijven.
Tijdens hartslagprogramma's 22, 23 en 24 zal uw hart-
slag ongeveer 85% van de maximaal toegelaten hart-
slag voor uw leeftijd bereiken. (Opmerking: De maxi-
male hartslag voor uw leeftijd wordt berekend door uw
leeftijd van 220 af te trekken. Bijvoorbeeld: als u 30
bent, dan is de maximaal toegelaten hartslag voor uw
leeftijd 190 per minuut).
WAARSCHUWING:
de programma's voor de hartslag niet wan-
neer U hartklachten heeft of wanneer U ouder
dan 60 en niet actief bent. Bespreek met uw
huisarts, als u regelmatig medicijnen inneemt
of de medicijnen uw oefening voor de hartslag
kan beïnvloeden.
Volg onderstaande stappen om het op de hartslag
afgestemde programma te gebruiken. Opgelet: U moet
de borstkas-sensor dragen om de programma's
voor de hartslag te kunnen gebruiken. Als u de
borstkas-sensoren gebruikt, gebruik dan niet de
hand-sensoren.
De borstkas-sensor dragen.
1
Raadpleeg HOE DE BORSTKAS-SENSOR TE
GEBRUIKEN op pagina 12.
De sleutel volledig in het bedieningspaneel
2
steken.
Zie HOE DE STROOM IN TE SCHAKELEN op
pagina 15.
Selecteer het op hartslag afgestemde pro-
3
gramma.
Om een hartslagprogramma te kiezen, druk her-
haaldelijk op de Programma (PROG.)-toets totdat
"P21", "P22", "P23" of "P24" op de rechter display
verschijnt.
Als u hartslagprogramma
21 hebt gekozen, dan zal
een hartslagsymbool over
de matrix van de linker dis-
play rollen. Telkens als uw
hartslag wordt gede-
tecteerd, verschijnt een piek
op de display.
Als u hartslagprogramma
22, 23 of 24 hebt gekozen,
dan zal een profiel van uw
doelhartslag voor het pro-
gramma op de matrix van de
linker display verschijnen.
Doel hartslag invoeren.
4
Als u hartslagprogramma
21 hebt gekozen, dan zal
het woord "PULSE" [hart-
slag] op de rechter display
verschijnen en de doelhart-
Gebruik
slag voor het programma zal
beginnen te knipperen. Als u
dat wilt, kunt u de doelhart-
slag wijzigen door op de
omhoog- of omlaagtoetsen
onder de matrix te drukken (raadpleeg INTEN-
SITEIT VAN UW OEFENING op pagina 30).
Als u hartslagprogramma 22, 23 of 24 hebt
gekozen, dan zal het woord "PULSE" [hartslag]
op de rechter display verschijnen en de maximale
doelhartslag van het programma zal beginnen te
flikkeren. Als u dat wilt, kunt u de maximale doel-
hartslag wijzigen door op de omhoog- of omlaag-
toetsen onder de matrix te drukken (raadpleeg
INTENSITEIT VAN UW OEFENING op pagina
30). Aandacht: De intensiteit van het programma
zal veranderen wanneer de maximum doel hart-
slag instelling veranderd wordt.
Druk op de Start-toets om het programma te
5
laten beginnen.
Even nadat u op de toets drukt zal de loopband
automatisch de eerste snelheid en hellingstand
van het programma instellen. Houdt u vast aan de
handleuningen en begin te oefenen.
Programma 21 voor de hartslag is in verschil-
lende segmenten van elk één minuut verdeeld. De
na te streven hartslaginstelling is gelijk voor alle
segmenten. Aandacht: Stop voor een kortere oe-
fening gewoon het programma voordat deze
eindigt.
Voor elk segment is een doel-hartslag geprogram-
meerd. (Dezelfde hartslag-instelling kan worden
geprogrammeerd voor opeenvolgende seg-
menten.) Hartslagprogramma's 22, 23, en 24 zijn
onderverdeeld in 30 segmenten van één minuut.
19