Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Inbedrijfstelling, Ijking En Werking Van De Brander; Aantekeningen Over De Veiligheid Bij De Eerste Inbedrijfstelling; Afstelling Van De Brander; Optimale Ijkwaarden - Riello RX 500 S/PV Handleiding Voor Installatie, Gebruik En Onderhoud

Verberg thumbnails Zie ook voor RX 500 S/PV:
Inhoudsopgave

Advertenties

6

Inbedrijfstelling, ijking en werking van de brander

6.1

Aantekeningen over de veiligheid bij de eerste inbedrijfstelling

De eerste inbedrijfstelling van de brander moet
uitgevoerd worden door bevoegd personeel vol-
gens de uitleg in deze handleiding en conform de
van kracht zijnde normen en wetsbepalingen.
OPGELET
6.2

Afstelling van de brander

Om een optimale afstelling van de brander te verkrijgen, moet
een analyse van het uitlaatgas van de verbranding aan de uit-
gang van de generator uitgevoerd worden. Conform de Richtlijn
Rendement 92/42/EEG, moeten de toepassing van de brander
aan de generator, de regeling en de testen worden uitgevoerd
volgens de handleiding van de generator zelf. Hieronder valt ook
de controle van de CO en CO
en de temperatuur van de rookgassen.
Controleer vervolgens:
 MAX. vermogen
 MIN. vermogen
 inschakelvermogen
Het maximaal vermogen moet overeenkomen met het vermogen
gevraagd door de gebruikte ketel. Om de waarde te verhogen of
verlagen, moet op de trimmer MAX. gehandeld worden, op de
controledoos (Afb. 15 op pag. 15). Meet het gasdebiet op het re-
lais om het exacte verbrande vermogen te ontdekken.
Met een analysator van de rookgassen moet de waarde van de
CO
of de O
gemeten worden, om de afstelling van de brander
2
2
te optimaliseren.
De correcte waarden zijn: CO
Om deze waarden te corrigeren, moet op de volgende manier ge-
handeld worden op het gasventiel:
om het gasdebiet en de CO
tegenwijzerszin (losdraaien);
om het gasdebiet en de CO
wijzerszin (vastdraaien).
Het minimaal vermogen moet overeenkomen met het vermogen
gevraagd door de gebruikte ketel. Om de waarde te verhogen of
verlagen, moet op de trimmer MIN. gehandeld worden, op de
controledoos (Afb. 15 op pag. 15).
Meet het gasdebiet op het relais om het exacte verbrande vermo-
gen te ontdekken.
Met een analysator van de rookgassen moet de waarde van de
CO
of de O
gemeten worden, om de afstelling van de brander
2
2
te optimaliseren.
De correcte waarden zijn: CO
Om deze waarden te corrigeren, moet op de volgende manier ge-
handeld worden op het gasventiel:
om het gasdebiet en de CO
V2 in wijzerszin (vastdraaien);
om het gasdebiet en de CO
in tegenwijzerszin (losdraaien).
6.2.1

Optimale ijkwaarden

MIN vermogen
CO
(%)
2
Methaan
8
GPL
9,5
G25
7,8
Inbedrijfstelling, ijking en werking van de brander
concentratie en de rookgassen,
2
8,2 ÷ 9%.
2
te verhogen: draai schroef V1 in
2
te verlagen: draai schroef V1 in
2
7,8 ÷ 8,5%.
2
te verhogen: draai de schroef
2
te verlagen: draai de schroef V2
2
MAX vermogen
O
(%)
CO
(%)
O
2
2
6,6
8,5
6,4
10
6,8
8,3
Controleer of de mechanismen voor regeling, be-
diening en veiligheid correct functioneren.
OPGELET
D9769
(%)
2
5,7
5,6
5,8
19
NL
D9714
a
a
a
a
i
i
Tab. J
Afb. 19
Afb. 20
20098651

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

852t3

Inhoudsopgave