Installatiehandleiding
4.7
Installatieopmerkingen met betrekking tot het koudemiddel
Let op
▪ U mag de koudemiddelcontainer of -leidingen niet doorsnijden, doorboren of verbranden.
▪ Gebruik geen middelen om het ontdooiproces te versnellen, bijvoorbeeld door middel van open vlammen of andere methoden,
anders dan het ontdooiprogramma van de warmtepomp.
▪ De installatie moet door gekwalificeerd personeel worden uitgevoerd in verband met het hanteren van het koudemiddel. Boven-
dien moet rekening worden gehouden met alle wettelijke regels en voorschriften.
▪ Wanneer mechanische ventilatie is vereist, mogen ventilatieopeningen niet worden afgedekt of geblokkeerd.
▪ Werk niet in een afgesloten ruimte.
▪ Voer bij installatie de volgende controles uit: de ventilatietoestellen en -uitlaten werken normaal en zijn niet geblokkeerd; marke-
ringen en symbolen op de apparatuur zijn zichtbaar en leesbaar.
▪ Ventileer de ruimte als er koudemiddel lekt. Wanneer het weggelekte koudemiddel wordt blootgesteld aan open vuur, kunnen er
giftige gassen ontstaan.
▪ Verzeker u ervan dat het werkgebied veilig is en er geen brandbare stoffen aanwezig zijn.
▪ De eenheden zijn niet explosieveilig en moeten daarom worden geïnstalleerd in een omgeving waar geen gevaar voor explosie
bestaat.
▪ Dit product bevat gefluoreerde gassen die bijdragen aan het wereldwijde broeikaseffect. Voorkom daarom dat gassen in de atmos-
feer vrijkomen.
▪ Gebruik bij installatie met het koudemiddel (R32) speciaal daarvoor bedoelde gereedschappen en leidingmaterialen.
▪ Onderhoud en installatie moeten worden uitgevoerd volgens de aanbevelingen van de fabrikant. Als het onderhoud door meerde-
re bevoegde personen wordt uitgevoerd, moeten de werkzaamheden worden uitgevoerd onder toezicht van de persoon die be-
voegd is voor het werken met koudemiddelen.
▪ Onderhoud moet worden uitgevoerd volgens de gedefinieerde procedure om het risico van ontvlambaar koudemiddel of gasvor-
ming te minimaliseren.
▪ Installeer niet in een omgeving waar er een kans bestaat op weglekken van brandbaar gas.
▪ Controleer het systeem na installatie op lekkage. Er kunnen giftige gassen ontstaan bij contact met een ontstekingsbron zoals een
luchtverhitter, droogoven en kookcilinders. Gebruik alleen cilinders voor koudemiddelterugwinning.
▪ Vermijd direct contact met lekkend koudemiddel. Dat kan ernstig letsel door bevriezing veroorzaken.
36
iTec Eco
Het koudemiddel is geurloos.
AWIE01IG110
Thermia AB