WAARSCHUWING
Hydraulische vloeistof die onder druk ontsnapt, kan
door de huid heen dringen en letsel veroorzaken.
• Hydraulische vloeistof die per ongeluk in de
huid is geïnjecteerd, moet binnen enkele uren
operatief worden verwijderd door een arts die
bekend is met dit type verwondingen. Anders
kan gangreen ontstaan.
• Houd lichaam en handen uit de buurt van kleine
lekgaten of spuitmonden waaruit onder hoge
druk hydraulische vloeistof ontsnapt.
• U kunt lekken in het hydraulische systeem
opsporen met behulp van karton of papier.
• Hef alle druk in het hydraulische systeem op
veilige wijze op, voordat u werkzaamheden gaat
verrichten aan het hydraulische systeem.
• Controleer of alle hydraulische slangen
en leidingen in goede staat verkeren
en alle hydraulische aansluitingen en
verbindingsstukken stevig vastzitten voordat u
druk zet op het hydraulische systeem.
Neutraalstand hydraulische
pomp afstellen
Opmerking: Stel eerst de neutraalstand van de hendel af.
Deze moet correct zijn voordat de volgende afstelling kan
plaatsvinden.
Tijdens deze afstelling moeten de aandrijfwielen draaien.
GEVAAR
Een mechanische of hydraulische krik kan een
machine niet altijd dragen. Als de machine dan valt,
kan dit ernstig letsel veroorzaken.
• Plaats de machine altijd op een kriksteun.
• Gebruik nooit een hydraulische krik.
WAARSCHUWING
Laat de motor lopen zodat u de rijhendels kunt
afstellen. Contact met bewegende onderdelen
of hete oppervlakken kan lichamelijk letsel
veroorzaken.
Houd kleding, gezicht, handen, voeten en andere
lichaamsdelen uit de buurt van de draaiende
onderdelen, de geluiddemper en andere hete
oppervlakken.
1. Krik het frame omhoog en plaats de machine op
blokken zodat de wielen vrij kunnen ronddraaien.
2. Koppel de elektrische connector los van de
veiligheidsschakelaar van de stoel. Monteer tijdelijk
een verbindingsdraad op de polen van de stekker van
de kabelboom.
3. Ontgrendel de stoel en kantel deze naar voren.
4. Ontgrendel de stoel en kantel deze naar voren.
Neutraalstand rechter hydraulische
pomp afstellen
1. Start de motor, draai de gashendel half open en zet de
parkeerrem vrij. Zie
(bladz.
22).
Opmerking: De rijhendel moet in de vergrendelde
neutraalstand staan als er afstellingswerkzaamheden
worden uitgevoerd.
2. U stelt de lengte van de pompstang af door de knop in
de juiste richting te draaien totdat het wiel stilstaat of
iets achteruit kruipt
3. Beweeg de rijhendel naar voren en naar achteren en zet
deze vervolgens in de neutraalstand. Het wiel moet
ophouden met draaien of iets achteruit kruipen.
4. Zet de gashendel op Snel. Het wiel moet stil blijven
staan of iets achteruit kruipen. Indien nodig opnieuw
afstellen.
60
Starten en stoppen van de motor
(Figuur
81).