Storingen oplossen
74
8.3
Bevestiging van meldingen
Afhankelijk van de instellingen voor de parameters ALARM HOUDTIJD en ACC. ALARM KEUZE,
moeten de volgende maatregelen worden genomen, zodat een melding verdwijnt:
1)
Instellingen
– ALARM HOUDTIJD = 0 s
– ACC. ALARM KEUZE = uit
– ALARM HOUDTIJD > 0 s
– ACC. ALARM KEUZE = uit
– ALARM HOUDTIJD = 0 s
– ACC. ALARM KEUZE = aan
– ALARM HOUDTIJD > 0 s
– ACC. ALARM KEUZE = aan
Menupad voor ALARM HOUDTIJD en ACC. ALARM KEUZE: [GROEPSKEUZE ] GEBRUIKERSMENU
1)
DIAGNOSE MESSAGES
Wanneer het lokale display een melding toont, dan kunt u deze met de F-toets onderdrukken.
Wanneer meerdere meldingen aanwezig zijn, dan toont het lokaal display de melding met de
hoogste prioriteit (zie ook Hoofdst. 8.1). Nadat u deze melding met de F-toets heeft onderdrukt,
wordt de melding met de eerstvolgend hogere prioriteit getoond. U kunt opeenvolgend iedere
afzonderlijke melding met de F-toets onderdrukken.
De parameter ACTUELE FOUTEN toont bovendien alle actieve meldingen.
Deltabar S FMD76/77/78, PMD70/75 met 4...20 mA HART
Maatregelen
– Oorzaak voor de melding wegnemen (zie ook Hoofdst. 8.1).
– Oorzaak voor de melding wegnemen (zie ook Hoofdst. 8.1).
– Alarmhoudtijd afwachten.
– Oorzaak voor de melding wegnemen (zie ook Hoofdst. 8.1).
– Melding via de parameter ACCOORD ALARM bevestigen.
– Oorzaak voor de melding wegnemen (zie ook Hoofdst. 8.1).
– Melding via de parameter ACCOORD ALARM bevestigen.
– Alarmhoudtijd afwachten. Wanneer tussen het optreden van de melding en
het bevestigen de alarmhoudtijd al is verstreken, verdwijnt de melding direct
na het bevestigen.
Endress+Hauser