Inhoudsopgave
Advertenties
Kalibratie
18
7.5
Volgorde voor kalibratie/instelling van het meetpunt
Bepaalde meetwaarden van andere elektroden of sensoren worden gebruikt voor de
meetwaardecompensatie van ionenselectieve elektroden:
• Meetwaarde van temperatuursensor voor temperatuurcompensatie
• pH-meetwaarde voor pH-compensatie van ammonium (optie)
• Kalium- of chloride-meetwaarde voor compensatie van interferentie-ionen in geval van
ammonium of nitraat (optie)
Daarom bestaat er een bepaalde volgorde voor de kalibratie en inregeling, die moet
worden aangehouden om een betrouwbare meting te realiseren:
1. Temperatuurinregeling (voorgekalibreerd af fabriek, daarom niet nodig voor initiële
kalibratie)
2. Kalibratie en inregeling van pH-elektrode
3. Afhankelijk of compensatie-elektroden worden gebruikt:
Kalibratie en inregeling van ionenselectieve compensatie-elektroden (kalium,
chloride)
4. Wanneer geen compensatie-elektroden worden gebruikt:
Een correcte handmatige offset is geconfigureerd voor de ammonium- en
nitraatelektrode
5. Kalibratie en inregeling van ionenselectieve meetelektroden (ammonium, nitraat)
7.6
Kalibreer
Voor een- en tweepuntskalibratie, gelden de volgende minimale concentraties:
• 6,4 mg/l ammonium of 5 mg/l ammonium-stikstof
• 22,1 mg/l nitraat of 5 mg/l nitraat-stikstof
• 20 mg/l kalium
• 100 mg/l chloride
De waarden zijn ijkpunten die in de loop van de tijd kunnen veranderen vanwege de
invloed van interferentie-ionen of de veroudering van de ionenselectieve elektroden.
Wanneer de kalibratieconcentraties te laag zijn, zullen de meetwaarden foutief zijn.
Stabiliteitscriterium
De fabrieksinstelling op de transmitter is "zwak". Het duurt circa 4 min tot de stabiliteit van
de meetwaarde van een ionenselectieve elektrode een acceptabel niveau bereikt. Wacht
daarom op een stabiel meetsignaal voordat met de kalibratie wordt gestart.
7.6.1
Invoer gegevens
Het nulpunt en de helling van het ionenselectieve elektrodesysteem kunnen direct worden
ingevoerd en aangepast met de "Gegevens invoer"-methode. Wanneer u een nieuwe
ionenselectieve elektrode of membraankap in de sensor installeert of een oud exemplaar
vervangt, moet u de elektrodehelling, welke is gespecificeerd in het certificaat van de
fabrikant, voor de betreffende positie instellen met de "Gegevens invoer"-functie.
Vervolgens moet u het nulpunt met een andere methode kalibreren.
7.6.2
Eenpuntskalibratie
In geval van eenpuntskalibratie, wordt het nulpunt van het ionenselectieve
elektrodesysteem gekalibreerd in een oplossing met een bekende concentratie.
Voer de referentiewaarde in voordat of nadat de meetwaarde is geregistreerd. Bij gebruik
van een eenpuntskalibratie is het noodzakelijk dat de helling en de handmatige offset al
ISEmax CAS40D
Endress+Hauser
Advertenties
Inhoudsopgave
