02
Vitrines met warmteklimaat of droge warmte
Technologie
2.4.3. De apparatuur monteren
U hebt het volgende nodig om de apparatuur in elkaar te zetten:
• geschikt hijsgereedschap
• Gereedschap:
- Rolvorksleutel of pijpsleutel (voor vrijstaande units)
- Waterpas
- eventueel speciaal gereedschap voor wateraansluiting of waterafvoer (modelafhankelijk)
Het installatiepersoneel is verantwoordelijk voor het veilig opstellen en ondersteunen van de apparatuur. Gebruik het meegeleverde
bevestigingsmateriaal (modelafhankelijk, zie de installatiehandleiding). Een gedetailleerde montagehandleiding kunt u opvragen
bij uw servicepartner of de fabrikant. Het vasthoud- en bevestigingsmechanisme maakt montage op de vloer of aan de muur
mogelijk (modelafhankelijk). Schroef de bevestigingsmiddelen vast met het juiste montagemateriaal, afhankelijk van het type
vloer/wand. Bescherm de oppervlakken van de apparatuur en de onderbouw tegen beschadiging tijdens de installatie.
OPMERKING
Zorg er bij het gebruik van het vasthoud- en bevestigingsapparaat voordat de vloer- en wandvoorwaarden voldoende
zijn voor de apparatuur. Controleer na de montage of de apparatuur stevig vastzit (controleer de schroefverbinding)!
Stand-alone apparatuur en apparatuur met onderstel moeten worden vastgezet om een veilige werking te garanderen!
OPMERKING
Het is noodzakelijk dat de onderbouw (voor apparatuur met in hoogte verstelbare poten) horizontaal is uitgelijnd, zodat
het condenswater (voor apparatuur met warmteklimaat) kan weglopen. Zorg ervoor dat het water in het bad ook weg
kan lopen.
Zorg ervoor dat meubelbekleding en toonbanken voorbereid zijn volgens de technische specificaties. Afhankelijk van het model
vindt u de grootte van de inbouwopening in de huidige productcatalogus onder "Technische gegevens" voor de betreffende
apparatuur of in de productietekening. Houd er rekening mee dat de afmetingen van de bodembak kunnen veranderen
(uitzetten) door de warmte in de apparatuur. De bodembak mag niet tegen de inbouwopening of bekleding rusten! Bescherm de
oppervlakken van de apparatuur en de onderbouw tegen beschadiging tijdens de installatie.
OPMERKING
De apparatuur moet horizontaal uitgelijnd zijn.
2.4.4. Afvoer van afvalwater (stoomcondensaat)
Het afvalwater wordt afgevoerd via de afvalwateraansluiting van de apparatuur, die door de fabrikant af fabriek is voorgemonteerd.
Afhankelijk van het model en de bestelspecificatie moet het condenswater worden afgevoerd via een vaste afvalwateraansluiting
of via een andere opvangvoorziening (bijv. opvangtank) die voldoende is voor het volume van de apparatuur. Er moet voor
worden gezorgd dat afvalwater niet terug in de productruimte kan komen.
OPMERKING
Meer technische details vindt u in de klantspecifieke informatie!
Technische wijzigingen voorbehouden | Geldig vanaf januari 2023
32
32