13.
Draai rotor om. Zorg er voor dat de zitting van de nieuwe slijtring (A) en de rotor schoon,
droog en vetvrij zijn. Breng Loctite® type 641 or 603 aan op zowel de rotor als de slijtring.
Plaats de nieuwe slijtring met de tapse zijde naar boven gericht. Gebruik een kunststof hamer
om de ring op de rotor aan te brengen tot deze volledig aanligt tegen de rotor.
A
14.
Controleer of de naaf schoon en vetvrij is.
15.
Plaats de rotor (A) . De lagers zijn met een lichte passing op de naaf geplaatst. Gebruik
persgereedschap om de rotor op de naaf te drukken.
A
16.
Controleer de rotor borgring (A) op tekenen van slijtage en vervang deze indien nodig.
Monteer de borgring (A). Gebruik hiervoor het juiste gereedschap.
73
A
m-bredel-40-100-nl-05