Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Controles Voor Inbedrijfstelling; Inschakelen Van Het Product; Testen Van Het Laadpunt; Normaal Gebruik - Shell NewMotion Business Pro 2.1 Installatiehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

laadpunten gecombineerd onderaan op het installatieformulier in.
7.2.

Controles voor inbedrijfstelling

1. Controleer of alle schroeven en aansluitingen stevig vastzitten;
2. Controleer of alle fasedraden correct zijn aangesloten;
3. Controleer met een netwerkkabeltester of de draden van de datakabels goed zijn aangesloten;
4. Meet de stroomkwaliteit op de overstroombeveiliging, aardlekschakelaar of aardlekautomaat in de verdeelkast,
voordat u het beveiligingsapparaat van het laadpunt inschakelt.
7.3.

Inschakelen van het product

1. Schakel de stroomtoevoer in voor het circuit waarop het laadpunt is geïnstalleerd.
Het laadpunt start op en de led gaat knipperen.
LET OP
Schakel eerst de Business Pro in en wacht totdat het laadpunt correct is verbonden voordat u de Business
Lite laadpunten inschakelt die op de Business Pro zijn aangesloten.
LET OP
Het doorslaan van de overstroombeveiliging, aardlekschakelaar of aardlekautomaat kan worden
veroorzaakt door een aardfout, lekkage of een defect relais. Indien na het resetten van de overstroombeveiliging,
aardlekbeveiliging of aardlekautomaat het apparaat niet geactiveerd kan worden of opnieuw doorslaat, moet u
contact opnemen met NewMotion of uw installateur.
2. Wacht tot de led stopt met knipperen en uit blijft. Dit kan 5 - 10 minuten duren.
3. Controleer of het laadpunt is aangesloten op het netwerk via: https://chargeportal.newmotion.com/test
4. Voer het serienummer in het zoekveld in en klik op "Zoeken".
5. Als naast het ingevoerde serienummer "Online" verschijnt, is het laadpunt verbonden met het netwerk.
6. Als "Online" niet verschijnt, controleer dan of u alle controles van hoofdstuk 7.2. Controles voor inbedrijfstelling heeft
uitgevoerd. Als u er zeker van bent dat de installatie correct is uitgevoerd, maar het probleem blijft bestaan, neem
dan contact op met NewMotion.
LET OP
Als aanpassing van het maximale vermogen van het laadpunt (standaardinstelling: 16 A) nodig is, neem
dan contact op met NewMotion.
7.4.

Testen van het laadpunt

Test of het laadpunt goed werkt door een laadsessie te starten met behulp van een EV-testlaadadapter die is
aangesloten op een zware belasting, zoals een heteluchtkanon.
7.5.

Normaal gebruik

7.5.1. Starten met laden

1. Verbind uw voertuig met het laadpunt door de laadkabel aan te sluiten.
- Als u Plug&Charge gebruikt, zal de sessie automatisch starten.
- Als u zich eerst moet identificeren;
2. Veeg uw laadpas over de led.
- Eerst zal de led groen knipperen om de kaart te autoriseren, na de autorisatie zal de sessie starten.
- Als het voertuig is geconfigureerd voor uitgesteld opladen, blijft de LED groen totdat het opladen kan starten
vanaf het voertuig en het laadpunt.
LET OP
Als de led rood knippert, is de sessie niet geautoriseerd.
Installation manual – NewMotion Business Pro & Lite 2.1 / 2.2 - 091NMNL13
NL
42

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave