Tips en opmerkingen over de
onderwerpstand
y M x Autom. scènekeuzekn.
• Wanneer u de camera op het onderwerp richt, herkent de camera
automatisch de optimale onderwerpstand uit de onderstaande lijst
en past de opname-instellingen dienovereenkomstig aan.
Portret (voor het maken van close-up portretten van een of twee
e
personen)
Portret (voor het maken van portretten van veel mensen of foto's waarbij
b
de achtergrond een groot deel van het beeld in beslag nemen)
f
Landschap
Nachtportret (voor het maken van close-up portretten van een of twee
h
personen)
Nachtportret (voor het maken van portretten van veel mensen of foto's
c
waarbij de achtergrond een groot deel van het beeld in beslag nemen)
g
Nachtlandschap
i
Close-up
Tegenlicht (voor het maken van foto's van andere onderwerpen dan
j
mensen)
d
Tegenlicht (voor het maken van portretfoto's)
d
Andere onderwerpen
• Het scherpstelveld hangt af van de compositie van de foto. Wanneer de
camera een gezicht herkent, wordt hierop scherpgesteld (E16).
• Afhankelijk van de opnameomstandigheden is het mogelijk dat de camera
niet altijd de gewenste onderwerpstand kiest. Selecteer in dat geval een
andere opnamestand (A20).
E3