4
Sla de korte filmvoorstelling op.
• De korte filmvoorstelling wordt opgeslagen wanneer de camera de opname
van het gespecificeerde aantal filmclips heeft voltooid.
• Om een korte filmvoorstelling op te slaan voordat de camera de opname
van het gespecificeerde aantal filmclips heeft voltooid, drukt u op de
d knop op het opnamescherm wanneer er geen filmclip wordt
opgenomen en selecteert u vervolgens Opname stoppen.
• De filmclips worden gewist wanneer een korte filmvoorstelling wordt
opgeslagen.
Functies tijdens filmclipweergave
Om het volume aan te passen, beweegt u de
zoomknop tijdens de filmclipweergave (A1).
Op de monitor worden bedieningsknoppen
weergegeven.
De onderstaande functies kunnen met de multi-
selector JK uitgevoerd worden voor het
selecteren van een bedieningsknop en
vervolgens de k knop in te drukken.
Picto-
Functie
gram
Terug-
A
spoelen
Vooruit-
B
spoelen
E
Pauzeren
Afspelen
G
stoppen
Opname
p
stoppen
B
Opmerkingen over een korte filmvoorstelling opnemen
• De camera kan geen filmopnames maken als er geen geheugenkaart geplaatst is.
• Vervang de geheugenkaart niet voordat een korte filmvoorstelling opgeslagen is.
Houd de k knop ingedrukt om de film terug te spoelen.
Houd de k knop ingedrukt om de film vooruit te spoelen.
Pauzeer de weergave. De onderstaande functies kunnen
worden uitgevoerd terwijl de weergave gepauzeerd is.
Film één beeld terugspoelen. Houd de k knop
C
ingedrukt om continu terug te spoelen.
Film één beeld vooruitspoelen. Houd de k knop
D
ingedrukt om continu vooruit te spoelen.
F
Afspelen hervatten.
Terugkeren naar opnamescherm.
Sla de korte filmvoorstelling op met de opgenomen
filmclips.
Bedieningsknoppen
Beschrijving
29