3
Installeer de interne afdrukserver opnieuw.
Waarschuwing: Draadloze afdrukservers kunnen gemakkelijk beschadigd raken door statische elektriciteit.
Raak eerst een metalen voorwerp aan, bijvoorbeeld het frame van de printer, voordat u de draadloze
afdrukserver aanraakt.
Controleer de beveiligingssleutels
Een beveiligingssleutel net als een wachtwoord. Alle apparaten op hetzelfde netwerk beschikken over dezelfde
beveiligingssleutel.
Opmerking: noteer de beveiligingssleutel nauwkeurig, inclusief eventuele hoofdletter en bewaar deze op een veilige
plaats, zodat u deze in de toekomst weer kunt gebruiken.
De beveiligingssleutel moet aan de volgende eisen voldoen.
WEP-sleutel
•
Exact 10 of 26 hexadecimale tekens. Hexadecimale tekens zijn A-F en 0-9.
•
Exact 5 of 13 hexadecimale tekens. ASCII-tekens zijn letters, cijfers en symbolen die op het toetsenbord worden
weergegeven.
WPA-PSK- of WPA2-PSK-sleutel
•
Maximaal 64 hexadecimale tekens. Hexadecimale tekens zijn A-F en 0-9.
•
Tussen de 8 en 64 ASCII-tekens. ASCII-tekens zijn letters, cijfers en symbolen die op het toetsenbord worden
weergegeven.
Printer is correct geconfigureerd maar kan niet op het netwerk gevonden
worden
Controleer het volgende:
•
De printer is aan en het lampje
•
De printer bevindt zich binnen het bereik van het draadloze netwerk.
brandt.
76