15.2.4 Cyclische data wegschrijven (van Master naar pomp)
Cyclische data wegschrijven (van Master naar pomp)
16 bit
16 bit
16 bit
Control Word
Bit
Omschrijving
0
Motor draait (1 = Draait)
1
Draairichting (0= rechtsom, 1= linksom)
2
Teller toerental motor reset (1= Reset telling)
3
Gereserveerd
4
Gebruikersparameters inschakelen Min./Max. toerental inschakelen (1= Ingeschakeld)
5
Toestaan dat veldbus master opbrengstkalibratie instelt (1= Ingeschakeld)
6
Niet gebruikt
7
Vloeistofniveau opnieuw instellen
8-15
Gereserveerd
15.2.5 Instelpunt snelheid pompkop
Snelheid instelpunt is een niet-ondertekende 16-bit integer die de pompkopsnelheid weergeeft als ⅒ van het
toerental.
Bijvoorbeeld, 1205 is 120,5 tpm.
15.2.6 Opbrengstkalibratie instellen
Deze parameter wordt gebruikt om de opbrengstkalibratie waarde van de veldbusinterface in te stellen.
De waarde is een niet-ondertekende 16-bit integer die μl per pompkop omwenteling vertegenwoordigt.
OPMERKING
Deze waarde wordt alleen gebruikt als bit 5 van het besturingswoord ingeschakeld is.
50
15 INSTALLATIE: DEEL 6 (INSTELLEN VAN DE POMP (BESTURINGSINSTELLINGEN))
Byte 1 (laag), 2 (hoog)
Byte 3 (laag), 4 (hoog)
Byte 5 (laag), 6 (hoog)
Control Word
Instelpunt snelheid pompkop (niet-ondertekend)
Instelling opbrengstkalibratie in μl per omwenteling
157