Films opnemen
B
Opmerkingen over zoom gebruiken tijdens filmopname
• De zoomaanduiding wordt tijdens filmopname niet weergegeven.
• Wanneer de digitale zoom wordt gebruikt, neemt de beeldkwaliteit af.
• Als u een filmopname gaat maken zonder gebruik te maken van digitale zoom en tijdens de
opname de zoomknop in de richting van g(i) blijft draaien, zal tot maximaal de optische
zoomfactor worden ingezoomd. Verwijder uw vinger van de zoomknop en draai deze vervolgens
weer naar g(i) om digitale zoom te activeren. Wanneer de filmopname wordt beëindigd, wordt
de digitale zoom geannuleerd.
B
Opmerking over foto's maken en films opnemen
De aanduiding voor het aantal resterende foto's of de aanduiding voor de maximale filmduur terwijl
er foto's worden gemaakt of een film wordt opgenomen. Open het deksel van het batterijvak/de
kaartsleuf niet en verwijder de batterij of geheugenkaart niet terwijl er een aanduiding
knippert. Gebeurt dit wel, dan kunnen gegevens verloren gaan, of de camera of geheugenkaart
beschadigd raken.
B
Opmerkingen over films opnemen
• Wanneer een film wordt opgeslagen op een geheugenkaart, wordt een geheugenkaart
aanbevolen met een SD snelheidsklasse van "Class 6" of hoger (A17). Wanneer de
overdrachtsnelheid van de kaart te langzaam is, kan de filmopname plotseling worden
onderbroken.
• Geluiden van de zoomregeling, zoom, autofocus, vibratiereductie of diafragmaregeling als de
helderheid wijzigt, kunnen worden opgenomen.
• De volgende zaken kunnen tijdens het opnemen van films op het monitorscherm zichtbaar zijn.
Deze verschijnselen worden opgeslagen in de opgenomen films.
- Er kunnen strepen optreden in beelden die zijn bij tl-lampen, kwikdamplampen of
natriumlampen.
- Onderwerpen die snel door het beeld bewegen, bijvoorbeeld treinen of auto's, kunnen vervormd
worden weergegeven.
- Het gehele filmbeeld kan vervormd worden weergegeven wanneer de camera wordt bewogen.
- Verlichting of andere lichte plekken kunnen resterende beelden achterlaten wanneer de camera
wordt bewogen.
B
Opmerkingen over cameratemperatuur
• Het is mogelijk dat de camera warm wordt tijdens het opnemen van films gedurende een langere
tijd resp. bij gebruik van de camera in een warme omgeving.
• Als de temperatuur in de camera extreem hoog wordt tijdens het opnemen van een film, kan de
opname automatisch stoppen om interne beschadiging van de camera te voorkomen. De
melding "De camera schakelt uit om oververhitting te voorkomen." en een aftelaanduiding
van 10 seconden (B10s) worden op de monitor weergegeven tot de camera automatisch stopt
met opnemen en wordt uitgeschakeld wanneer automatisch wordt gestopt met opnemen. Laat
de camera uitgeschakeld totdat de binnenkant van de camera is afgekoeld en schakel de camera
dan weer in.
84