2
Geef "PRT.MENU" weer door de menuhendel
omhoog of omlaag te bewegen, en druk er
vervolgens op of beweeg de hendel naar rechts.
3
Controleer of "MENU:OK" wordt weergegeven en
druk vervolgens op de menuhendel.
Het apparaat drukt een lijst met de huidige menu-
instellingen af.
Op het LCD-scherm verschijnt "PRT.MENU".
4
Beweeg de menuhendel naar links.
"READY" wordt weergegeven en het apparaat
schakelt over naar de normale afdrukmodus.
Afdrukken
Vooraleer u een afdruktaak start, dient u steeds de
volgende punten te overlopen:
• Is het apparaat correct aangesloten? (pagina 13)
• Is het printerstuurprogramma geïnstalleerd?
(pagina 13)
• Is het papier correct geladen? (pagina 14)
• Zijn de instellingen en aanpassingen correct
uitgevoerd? (pagina 17)
Een afdruktaak starten
1
Druk op de aan-/uitschakelaar.
Het LCD-scherm licht groen op en "READY"
wordt weergegeven.
LCD
2
Start de afdruktaak met behulp van de
softwaretoepassing.
Als er een melding wordt weergegeven op het
LCD-scherm
Als er een probleem optreedt, licht het LCD-scherm
oranje op en wordt er een foutmelding weergegeven op
het LCD-scherm.
Melding
Oorzaak en oplossing
EMPTY:XX
Geen papier geladen. Plaats papier.
DOOR:XX
De klep is geopend. Sluit de klep.
XX geeft het geselecteerde papiertype aan.
"S" staat voor UPP-110S, "HD" voor UPP-110HD en
"HG" voor UPP-110HG.
Wanneer het apparaat ophoudt met afdrukken
Als het apparaat langdurig vrijwel geheel zwarte
beelden aan het afdrukken was, dan kan het zijn dat het
apparaat is uitgezet door de beveiliging van de
thermische kop om oververhitting te voorkomen. In dat
geval wordt de melding "COOLING" weergegeven op
het LCD-scherm.
Wacht tot de kop is afgekoeld en de melding verdwijnt.
23
Afdrukken