1 0 . 2 . S C H A D E A A N D E BATT E RI J
Houd er altijd rekening mee dat wanneer de batterij voldoende is opgeladen, deze van genoeg
energie is voorzien om brand te kunnen veroorzaken. Het opladen, gebruiken, hanteren of
transporteren van een beschadigde batterij kan leiden tot ernstige verwondingen aan uzelf
en anderen.
Het is aldus belangrijk de batterij regelmatig op fysieke schade te controleren, in het bijzonder
na een botsing of impact. Als de batterij volledig in het frame is verborgen, kan een controle
een gedeeltelijke demontage van de fiets vereisen die door uw geautoriseerde Specialized
retailer uitgevoerd dient te worden. Het is tevens belangrijk om de gezondheid van de batterij
regelmatig te controleren door deze op de Mission Control-app aan te sluiten. De app kan u
waarschuwen voor interne problemen met de batterij, in welk geval u de instructies die door
de app worden gegeven dient op te volgen. Laat de batterij tevens regelmatig controleren
door uw geautoriseerde Specialized retailer, die in het bezit is van extra tools en ervoor kan
zorgen dat u over de laatste firmware beschikt. Abnormaal gedrag, bijv. de batterij wordt te
heet om aan te raken tijdens het opladen of blijft een lange periode na het ontkoppelen van de
oplader warm, kan aangeven dat de batterij beschadigd is.
Het volgende zijn tekenen van fysieke schade die de batterij onveilig kunnen maken,
waardoor onmiddellijke vervanging vereist is:
Barsten of scheuren in de batterijbehuizing
Thermische vervorming (bijv. uitpuiling)
Geur, rook of een sissend geluid komende van de batterij
Lekkende batterijvloeistof
Beschadigde connectoren
Tekenen van indringing van water in de batterij (bijv. roest)
WAARSCHUWING! Als de batterij tekenen van schade vertoont, laadt u deze
niet op. Indien mogelijk, verlaag het batterijvermogen tot onder 50% en
berg de batterij niet op in uw woning of kantoor. Berg de batterij buiten in
een veilige omgeving of in een gepaste en speciale batterijcontainer op. Als
de batterij een direct gevaar oplevert, neem telefonisch contact op met uw
lokale brandweer.
23
WAARSCHUWING! Batterijvloeistof kan huidirritatie en brandwonden
veroorzaken. Als u met batterijvloeistof in aanraking komt, spoelt u deze
onmiddellijk met water af en, indien nodig, raadpleegt u een arts.
10 .3 . DE BATTERIJ OPLAD EN
Voordat de batterij wordt opgeladen, zorgt u dat het systeem is uitgeschakeld.
Steek de stekker van de oplader in een stopcontact, met de juiste stekker voor de
gangbare aansluiting in het land. Sluit de oplader niet aan op een verlengsnoer.
OPGELET: Zorg dat de oplader geschikt is voor de uitgangsspanning in
uw gemeente. Controleer het label op de oplader voor meer informatie. De
oplader aansluiten op een stopcontact met een te hoge of te lage uitvoer kan
de oplader beschadigen.
WAARSCHUWING! Wanneer u de batterij wilt opladen, zorgt u dat de
laadkabel volledig in de oplader is aangebracht en de stekker stevig in het
stopcontact zit. Een losse verbinding kan brandgevaar opleveren.
10.1
Fig. 10.1
Open de laadaansluiting aan de niet-aandrijfzijde van het frame in de buurt van de motor.
Fig. 10.2
Steek de laadstekker in de laadaansluiting. Gebruik de pijl op de connector voor de
10.2