Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

6. 6 . ST UUR PEN
6.3
Fig. 6.3
Installeer de stuurpen op de stuurbuis, gevolgd door de bovenste afdekkap en bout (A) en
draai de bout van de bovenste afdekkap vervolgens vast.
Breng de stuurpen op één lijn met het voorwiel en draai de achterste stuurpenbouten (B)
aan zoals aangegeven.
6.4
B
A
LOCATIE
OMSCHRIJVING
B
STUURBUIS
B
STUUR
C
Fig. 6.4
Plaats het stuur tegen de stuurpen aan en plaats de klemplaat over het stuur, met de gaten
van de klemplaat op één lijn met de gaten van de stuurpen.
Stel het stuur op de gewenste positie in.
Voeg een sluitring aan elke bout (C) toe en draai de bouten door de gaten van de klemplaat
van de stuurpen en in de behuizing van de stuurpen totdat ze gelijkmatig handvast zijn
aangedraaid en de bovenste en onderste ruimte tussen de stuurpen en de klemplaat van
de stuurpen ongeveer even groot zijn.
Draai elke klemplaatbout ongeveer een 1/2 omwenteling vast in een afwisselend (kruis)
patroon met behulp van een 4 mm inbusbit. Draai alle bouten tenslotte tot de aangegeven
waarde aan.
3
2
AANDRAAIMOMENT
Nm
in-lbf
5.2
46
5.2
46
C
1
4
12

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave