Nuttige functies voor het opnemen
[ W/T De zoom gebruiken
Beweeg de zoomhendel naar T om in te
zoomen en naar W om uit te zoomen.
U kunt de digitale zoomfunctie gebruiken
door [Digitale zoom] te selecteren in
(Camera). Wanneer de
zoomvergrotingsfactor hoger wordt dan 5×
gebruikt de camera de digitale zoomfunctie.
[
Macro (close-upopname
maken)
Druk herhaaldelijk op
bedieningstoets tot de gewenste stand is
geselecteerd.
(Geen aanduiding): autom.
De camera past de scherpstelling automatisch
aan voor onderwerpen van veraf tot dichtbij.
Stel de camera normaal in op deze stand.
: Macro
De camera gaat bij voorkeur scherpstellen op
onderwerpen dichtbij.
Gebruik Macro wanneer u onderwerpen
dichtbij opneemt.
• Wanneer u opnames maakt in de stand Macro,
daalt de snelheid van de automatische
scherpstelling.
• U kunt de zoom het best helemaal verschuiven
naar de W-kant.
• Het is aan te raden opnames te maken in de
stand Macro wanneer de opnameafstand minder
bedraagt dan ongeveer 90 cm.
[ De videolamp gebruiken
Druk herhaaldelijk op V (LIGHT) op de
bedieningstoets tot het gewenste pictogram
wordt weergegeven op het LCD-scherm.
(Geen aanduiding): videolamp uit
: videolamp aan
• De videolamp helpt u bij het maken van
opnames op donkere plaatsen. Dit levert echter
niet hetzelfde effect op als van een normale
flitser.
• De videolamp schakelt uit wanneer de camera
overschakelt naar de weergavestand.
b
(
) op de
[
De zelfontspanner gebruiken
Druk op B (
) op de bedieningstoets.
(Geen aanduiding): de zelfontspanner niet
gebruiken
: de zelfontspanner gebruiken
Wanneer u drukt op PHOTO wordt de
aftelklok weergegeven. De camera neemt
de foto nadat u snelle piepgeluiden hebt
gehoord.
[ Opnemen in de spiegelstand
2
Open het LCD-scherm 90 graden ten
opzichte van de camera (
vervolgens 180 graden in de richting van de
lens (
).
2
• Er verschijnt een spiegelbeeld van het
onderwerp op het LCD-scherm, maar het beeld
wordt normaal opgenomen.
• Er verschijnt eveneens een spiegelbeeld van het
onderwerp op het LCD-scherm als u het LCD-
scherm 180 graden draait en sluit met het
scherm naar buiten gericht.
• In de weergavestand verschijnt op het LCD-
scherm het beeld zoals het werd opgenomen in
plaats van het spiegelbeeld.
[ De schermweergave wijzigen
Telkens wanneer u op v (DISP) op de
bedieningstoets drukt, wijzigen de
aanduidingen op het scherm als volgt:
Histogram aan
r
Aanduidingen uit
r
Aanduidingen aan
1
) en draai het
1
15