Diagnose en storingen oplossen
Gebruikersinterface
Geen meetwaarde weergegeven
Diagnosemelding wordt getoond In het volgende hoofdstuk is een lijst met diagnosemeldingen opgenomen.
10.2
Diagnosemeldingen
De diagnosemelding bestaat uit een diagnosecode en een meldingstekst.
De diagnosecode bestaat uit de foutcategorie conform Namur NE 107 en het
meldingsnummer.
Foutcategorie (letter voor het meldingsnummer)
• F = Storing. Een storing is gedetecteerd.
De meetwaarde van het specifieke kanaal is niet langer betrouwbaar. De oorzaak van de
storing moet worden gezocht in het meetpunt. Wanneer een regelaar is aangesloten, moet
deze in de handbedieningsmodus worden ingesteld.
• M = Onderhoud nodig. Binnenkort moet actie worden ondernomen.
Het instrument meet nog correct. Directe maatregelen zijn niet nodig. Echter, correct
onderhoud kan een mogelijk storing in de toekomst voorkomen.
• C = Functiecontrole. (geen fout).
Onderhoudswerkzaamheden worden aan het instrument uitgevoerd. Wacht tot de
werkzaamheden zijn afgerond.
• S = Buiten de specificaties. Het meetpunt wordt gebruikt buiten uw specificatie.
Bedrijf is nog steeds mogelijk. Echter, er bestaat risico voor verhoogde slijtage, kortere
levensduur of verminderde meetnauwkeurigheid. De oorzaak van het probleem moet
worden gezocht buiten het meetpunt.
Voorbeeld displayweergave:
26
Oorzaak
Geen voedingsspanning aangesloten
Voeding is actief, instrument is defect Het instrument moet worden vervangen.
F 61
sensor elec.
A0015896
M 915
USP warning
A0015897
Oplossing
Controleer de voedingsspanning naar het
instrument.
Liquiline CM14
Endress+Hauser